30
is
Bijlage
’s-Gkavenhaöe, 7 Maart 1895.
BELEENINGEN
ru-
1376
ft
ft
ft
20
3
17
I
1430
198970
Minder 10489
o
I
1
11919
1430
ft
ft
ft
ft
ft
ft
ft
ft
ft
107
47
305.—
505.—
5.—
10.—
20. -
30.—
50.—
75. -
100.—
200.—
Van f
ft
ft
300.—
500.—
1000.—
2000.—
o 4000.—
Commissarissen hebben de eer aan den Raad bij de Rekening over
1894 over te leggen een verslag van de gesteldheid der Bank van
Lcening.
Uit de volgende opgaven der verschillende verrichtingen, zal Uwer
vergadering blijken, dat deze, evenals in het vorige jaar, hoewel
niet in dezelfde mate, zijn achteruitgegaan.
Het aantal
Meer Minder
dan in 1893.
11752
en het bedrag der daarop voorgeschoten gelden bedroeg dit jaar
198970 ad f662541.vergeleken met het vorige, is dit eene ver
mindering van 10489 panden ad f 17729.50 tegen eene vermindering
van 14192 ad f36397.50 in 1893.
Volgens de hiervan gehouden Statistiek waren de beleeningen
brieksgewijze verdeeld, als volgt:
51. -
76.-
105.—
205
«1005.—
«2005.—
1.tot en met f
2.50
5.50
11.—
21. -
31.—
2.— 103567 d. i.
74286
13898
5145
1073
548
204
114
90
20
23
van Leening te s-Gravenhage over 1894.
VERSLAG van den Staat der Genieentebank