Bijlage *3 O J VERSLAG der Kamer van Koophandel en Fabrieken nopens den staat van Handel, Nijverheid en Scheep vaart in de gemeente ’s-Gravenhage over het jaar 1894. 1. Algemeens Beschouwingen. Geroepen tot het uitbrengen van een verslag omtrent den toestand van Handel en Nijverheid in deze Gemeente over het jaar 1894, is het der Kamer aangenaam te kunnen verklaren, dat in het algemeen eenige vooruitgang viel waar te nemen Uit dit plaatselijk verschijnsel mogen echter geen gevolgtrekkingen voor het algemeen worden gemaakt, daar het meerder vertier alhier hoofdzakelijk was toe te schrijven aau de voortdurende uitbreiding, welke de stad ondergaat. Takken van nijverheid elders kwijnende, verkeeren hier in denzelfden toestand. De groote fabrieken en magazijnen lijden veel schade door de zucht van velen om in het buitenland te koopen, wat even goed en goedkoop hier kan verkregen worden. Ook van Staatswege wrnrdt in dit opzicht maar al te dikwijls het voorbeeld gegeven. Menigmaal toch wordt bij aanbestedingen het werk aan den vreemden inschrijver ge gund. hoewel de Nederlandsche aanbieding weinig van die van den vreemdeling verschilt, alleen omdat de voorwaarden zulks eischen. De vraag mag worden gesteld of met het aannemen van 5% ten bate van den binnenlandschen in schrijver wel in voldoende mate wordt beantwoord aan den nationalen eisch om de vaderlandsche industrie boven die van het buitenland te steunen. Men vergete hierbij niet, dat de winst door den binnenlandschen industrieel behaald, voor een groot deel aan de arbeidende klasse ten goede komt, zoodat beiden, werkgever zoowel als werknemer, worden gebaat. Wanneer nijveren en kunstenaars weten, dat hun werk door den landgenoot wordt gewaardeerd, zullen zij zich meer en meer op verbetering en verfijning toeleggen,

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarverslagen gemeente Den Haag | 1894 | | pagina 557