I
I
I
57
I
de Toussaintkade tot de Afzanderijvaart, benevens het
maken van eenen toegangsweg, verbindende het einde dier
straat met de Veenkade.
De voorwaarden waarop door Delfland vergunning
verleend zal worden voor de bedoelde dempingen werden
sedert aan Dijkgraaf en Hoogheemraden gevraagd.
b. Tot de demping van de sloot langs den Schenkweg,
waarvan op bl. 53 van liet verslag over 1893 gewag
wordt gemaakt, kon nog niet worden overgegaan, omdat
met den Staat nog geene overeenstemming was ver
kregen omtrent de tusschen de Gemeente en de Maat
schappij tot Exploitatie van Staatsspoorwegen overeen
gekomen ruiling van grond.
c. Nadat de vereischte wettelijke bekrachtiging was
verkregen voor de overeenkomst waarbij de Gemeente
in het bezit werd gesteld van de sloot langs den Prinses-
sewal en van eene strook grond behoorende tot den
tuin van het Koninklijk Paleis, werd de demping der
sloot met bijbehoorende werken openbaar aanbesteed.
De demping verkreeg haar beslag.
d. De demping van slooten langs den Bezuidenhoutschen
weg nabij de Laan van Nieuw-Oost-Indië en langs die
laan had plaats in verband met de verbreeding van
genoemde wegen.
e. Tot doortrekking van de Regentesselaan op terrein
van de Gemeentegasfabriek werden enkele gedeelten
sloot aldaar gedempt.
f. Voor het doortrekken van de de-Gheynstraat werd
eveneens een gedeelte sloot gedempt.
Een aantal slooten vallende in goedgekeurde en
tot uitvoering' gekcynen stratenplannen werd voorts voor
rekening van de betrokken bouwondernemers gedempt.
4°. Pompen.
Het gewone onderhoud der openbare pompen ge
schiedde in eigen beheer; alleen het verfwerk werd
openbaar aanbesteed.
De welpompen bleven buiten gebruik.
5°. U r i n o i r s.
Het onderhoud der urinoirs had in eigen beheer plaats
alleen het verfwerk werd openbaar aanbesteed. De daar-