1
Bijlage
pedel
a. Toestand van het Gebouw.
Daarin kwam geene verandering; het gebouw verkeert
voortdurend in goeden staat van onderhoud.
b. Onderwijzend en dienstpersoneel.
Na de door Uwe Excellentie verleende machtiging werden,
te rekenen van 1 Mei 1895, leervakken geopend in de Fransche
taal en in de declamatie en werd het onderwijs in het Fransch
opgedragen aan den heer A. Packet, leeraar aan de Hoogere
Burgerschool alhier, en in de declamatie aan Mevrouw
A. Mulder-Roelofzen van het Nederlandsch Tooneel te
Rotterdam.
Mej. M. Bol, die gedurende het schooljaar 1894, bij wijze
van proef, voorloopig met het onderwijs der tweede solo-
zangklasse werd belast, werd, nadat zij als zoodanig afdoende
bewijzen van bekwaamheid had gegeven, te rekenen van
1 Januari 1895, door ons tot tijdelijk onderwijzeres in dat
leervak benoemd, terwijl in de plaats van Mej. E. Lopes Suasso,
die met het einde van 1895 een eervol ontslag als tijdelijk
onderwijzeres in het Italiaansch had gevraagd en verkregen,
door ons werd benoemd Mej. M. Gaïdou te Voorburg.
Tot opvolger van den met 1 September 1895 eervol ont
slagen concierge van het gebouw der Koninklijke Muziek
school W. Willemsen, werd door Burgemeester en Wethou
ders van 's-Gravenhage benoemd P. W. Schoevers; hem
werd met dat tijdstip opgedragen de betrekking van
aan de school, die ook zijn voorganger had bekleed.
Met het onderwijs in de hulppianoklassen werden belast
de leerlingen P. B. Jonker, J. H. Besselaar en F. J. A. Haring.
VERSLAG aan Zijne Excellentie den Minister tan
Binnenlandsche Zaken over den staat der Koninklijke
Muziekschool in 1895.
Overeenkomstig het voorschrift van art. 9 van het Regle
ment, hebben wij de eer Uwer Excellentie het volgende
medetedeelen.