17 instellingen van weldadigheid tot wederopzeggens vergunnen, voor het onderzoek van hare levensbenoodigdheden gebruik te maken van het Bureau op de wijze als in artt. 7, 8. 9 en 10 is bepaald ten opzichte van gemeentelijke instellingen. Art. 18. Burgemeester en Wethouders kunnen het doen van onderzoekingen ten behoeve van bijzondere personen of instellingen tijdelijk beperken of doen staken. Art. 19. Burgemeester en Wethouders kunnen aan hem, die bij het aanbieden van een monster tot onderzoek, met opzet een verkeerden naam opgeeft, hetzij van hemzelven, hetzij van den leverancier van het monster, het recht ont zeggen verder van het Bureau voor het laten doen van onderzoekingen gebruik te maken.

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarverslagen gemeente Den Haag | 1895 | | pagina 247