20 leerlingen dezer school de laatste jaren gewoon was geworden; 36 namen er aan deel, 28 behaalden het diploma. Van de geslaagden zijn bestemd 9 voor ingenieur, 5 voor Oost-lndisch ambtenaar, 3 voor arts. 2 welke na vergelijkend examen ge plaatst werden aan de Koninklijke Militaire Academie te Breda, voor officier, 1 voor apotheker. 1 voor ambtenaar der belastingen. 1 voor notaris, 3 studeeren in de wis- en natuurkunde, 2 in de plant- en dierkunde, 1 begeeft zich in de industrie in Nederlandsch-Indië. Van de 8 niet geslaagden zijn 6 tot de school teruggekeerd, is 1 geslaagd bij het vergelijkend examen voor de Koninklijke Militaire Academie te Breda, en 1 leerling geworden van de Wohler Schule te Frankfort. Nog verdient vermelding, dat aan het vergelijkend examen voor de Cadettenschool te Alkmaar werd deel genomen door 6 leerlingen der 3de en 1 der 4e klasse. Laatstgenoemde en 4 der leerlingen van de 3de klasse erlangden plaatsing. Aan het examen voor administrateur bij de Koninklijke Nederlandsche Marine werd niet gunstig gevolg deelgenomen door een leerling der 4de klasse. Sedert 1 Januari 1895 is de heer Dr. W. W. van der Meulen, tot dusverre tijdelijk leeraar, als leeraar in de Nederlandsche taal en letterkunde, geschiedenis en aard rijkskunde definitief aan de school verbonden. De bij Raadsbesluit van 18 December 1894 nieuw be noemde leeraar in het Fransch, de heer A. Packet, aanvaardde den Isten Maart daaraanvolgende zijne betrekking. Als tijdelijke leeraren voor den cursus 1895/96 werden op nieuw benoemd voor wiskunde de heer E. A. Steinmetz en voor Duitsch de heer F. Leviticus en als zoodanig voor het eerst aangesteld voor teekenen de heer E. van der Wonde. Dat G. A. Gerritsen als amanuensis bij deze school werd aangesteld, vermeldden wij reeds hierboven bij het verslag omtrent de Hoogere Burgerschool met 3jarigen cursus. De concierge J. M. Palm, die eervol ontslag verzocht en bereids bij Raadsbesluit van 17 December 1895 verkregen had, is later op zijn verzoek teruggekomen. Met intrekking van dit besluit is hij door den Gemeenteraad den 21sten Januari 1896 in zijne betrekking gehandhaafd. De gewichtige beslissing, welke in den Gemeenteraad viel op oude-jaarsdag. verdient hier nog te worden herdacht. Het voorstel was gedaan tot verhooging van het schoolgeld

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarverslagen gemeente Den Haag | 1895 | | pagina 432