I Bijlage 30 VERSLAG van den Staat der Gemeentébank Leening te 's-Gravenhage over 1895. van BELEENINGEN GOED en ZILVER. LINNEN en WOLLEN. 14236 6510 1018') - 3979 6613 in 1892 uit 1004 1893 1894 1895 11873 panden ad 14192 10489 19581 L in 1892 1893 1891 en o 1895 alzoo in vier jaren en f 130.783.50 aan voorgesehoten kapitaal. Bij de Rekening over 1896 hebben Commissarissen de eer aan den Raad een kort overzicht aan te bieden van den staat der instelling. Werd sedert 1891. het jaar waarin de verschillende operation der 1' 40.405.50 - 36.397.50 - 17.729.50 - 33.251 tijds het belangrijke cijfer van 56138 panden 10869 panden in 1893 werden 44 Gouden en Zilveren panden meer bekend. De hoofdoorzaak welke den achteruitgang verklaart, is meermalen medegedeeld en de meening daaromtrent in geen enkel opzicht gewijzigd. Integendeel, bovenstaande splitsing der soorten van onderpand, toont aan, dat de nadeelige gevolgen verbonden aan het gebruik ma ken van de huizen van verkoop met recht van wederinkoop, zich meer en meer doen gevoelen en bevestigt hetgeen in vorige verslagen is gezegd, namelijk dat de werking dier huizen niet anders kan leiden dan tot totale uitputting van den minderen man. Het in 1895 beleende aantal panden was rubrieksgewijze ingedeeld als volgt: Bank de hoogste cijfers bereikten, in de jaarverslagen telkens melding gemaakt van achteruitgang, in dit jaar werd wederom hetzelfde ver schijnsel waargenomen en wel wat aantal betreft, in sterker mate dan in één der voorafgaande jaren. De achteruitgang bedroeg voor de

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarverslagen gemeente Den Haag | 1895 | | pagina 511