1891
I
Afdeeling I (Levensverzekering.)
VERZEKERDE
RENTE.
KAPITALEN.
Afdeeling II. (Ongelukkenverzekering.)
Kapitaal
in
overlijden.
B.
C.
A.
Eigen Hulp
4.208.88“
5.159.915
6.342,23s
8.222.95
12.909.81“
18.920.28“
25.614.86“
29.256.42
36.479.08
41.623.90
1886
1887
1888
1889
1890
1892
1893
1894
1895
2890.872.67
3580.080.47
4649.209.13
5672.602.10
6624.049.39
7900.842.37
8751.148.37
9898.775.79
11119.142.94
1886
1887
1888
1889
1890
1891
1892
1893
1894
1895
f
f 5.733.543.50
7.274.765.83
8.479.242.57
10.702.207.63
16.796.339.32
22.397.933.95
30.724.091.95
34.362.342.95
«41.148.172.79
45.050.266.28
I
139.000.97
177.002.73
198.011.09
359.922.37
Het bedrag der jaarpremiën in Afdeeling I onderging in
1895 eene vermeerdering van 144.563.895, terwijl in dat
jaar aan premiën in eens bovendien werd gestort 751.974.145.
f
12283.334.34
30.763.10
35,920.69
44.068.35
54.374.95
79.788.54
122.298.45
Omtrent de Onderlinge Levensverzekering van
bleken.de Kamer de volgende bijzonderheden:
f 5.015.067.50
6.306.989.33 1
7.534.465.94
9.495.840.63
14.664.646.30
«19.917.716.17
27.697.837.93 I
«31.027.308.93 i
37.688.690.10 J
«41.627.469.59
Kapitaal ingeval! Schadevergoe-
van levenslange, jding per dag, in
geheele of geval van
gedeeltelijke on- tijdelijke onbe-
bekwaamheid tot kwaamheid tot
werken. werken.
geval van