33 In zake het in de tweede plaats genoemde onderwerp, de organisatie der Kamers Kamer zich met den inhoud van f 51.— doof blijft voor alle billijke vertoogen van de te ’s-Gravenhage aangeslotenen. Met een abonnementsprijs van f 110.behaalt de Maatschappij een overwinst van f30.000. een bedrag dat elk jaar noodeloos uit de gemeente verdwijnt. Om deze redenen vereenigde de Kamer zich met het voorstel in het rapport vervat, om het gemeentebestuur te verzoeken de concessie voor de telephoon-exploitatie. na haar ver strijken in 1897 niet meer te verlengen, doch over te gaan tot eigen e aan van Koophandel, vereenigde de van een desbetreffend dooi den secretaris opgesteld rapport, waarin achtereenvolgens werd behandeld, a. de werkkring der Kamers van Koophandel in het buitenland, b. haar werkkring hier te lande en c. de noodzakelijkheid der wijziging van het Reglement van 9 November 1851 (Stb. n°. 142). Na de hier te lande bestaande regeling te hebben vergeleken met die in de ons land om ringende Staten, en na kortelijk de geschiedenis der Kamers na hare vestiging hier te lande te hebben uiteengezet, werd de regeling van 1851 aan eene critiek onderworpen en werd aan de hand der ervaring de aandacht gevestigd op de leemten, welke die regeling aankleven en op de vragen welke bij eene wijziging van de organisatie der Kamers op den voorgrond moeten treden. De punten hierbij aangeroerd be troffen in de eerste plaats de vraag of de bestaande regeling bij Kon. Besluit door eene wettelijke organisatie moet worden vervangen en betroffen verder de verdeeling der Kamers over het land, de al dan niet openbaarheid der vergaderingen, het onderzoek der geloofsbrieven, de verkiesbaarheid voor het lidmaatschap, het uitbrengen van het jaarverslag, de meerdere samenwerking der Kamers door vertegenwoordiging op eene jaarlijksche algemeene vergadering, het ressort der Kamers en de regeling der geldelijke aangelegenheden der genoemde colleges. De Kamer besloot dit rapport in druk aan de Kamers van Koophandel in het Rijk over te leggen, met verzoek om mededeeling of zij zich in hoofdzaak met xploitatie door de gemeente, zonder daarbij de de Maatschappij behoorende geleidingen en toestellen over te nemen. Ten einde dit doel te verwezenlijken werd liet rapport gedrukt aan de leden van den gemeenteraad toe gezonden.

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarverslagen gemeente Den Haag | 1895 | | pagina 571