19 het als bijlage A opgeno- dat de Zaterdagmiddag voor deze en dat meerdere tijd zoude en gymnastiek. Bij schrijven van 27 Januari 1896 trachtte het Dames- Comité aan te toonen meisjes minder geschikt is kunnen worden gevonden door inkrimping van sommige vakken, bijv, teekenen, voortgezet rekenen Onze Commissie besloot hierop het advies in te winnen der Vereeniging van Hoofden van scholen en legde haar eenige vragen voor. Bij uitvoerig schrijven 22 September 1896 gaf bovenge noemde Vereeniging als hare meening te kennen dat eene regeling waarbij, terwijl de jongens onderwijs in teekenen, gymnastiek of voortgezet rekenen zouden ontvangen, aan de meisjes onderwijs in de nuttige handwerken werd ge geven, op veel bezwaren zoude stuiten, zoo niet onuit voerbaar zijn zoude. Door de afzonderlijke classificatie van laatstgenoemd vak, zouden dan in de gewone schooluuen meisjes uit 3 a 4 verschillende klassen vereenigd moeten worden tot 2 of 3 groepen, die onderwijs in de nuttige handwerken ontvangen. Hierdoor wordt het opmaken van een rooster van werk zaamheden schier onmogelijk, terwijl bovendien het onder wijs zeer zou lijden, doordat in één lokaal aan meerdere klassen jongens gelijktijdig les gegeven zou moeten worden. Bovendien meende de vergadering dat uitbreiding van de leerstof voor het vak nuttige handwerken vooralsnog niet noodig geacht moet worden. Van dit schrijven werd mededeeling gedaan aan het Dames-Comité. Verder wordt verwezen naar men verslag van dat Comité. bruik van eenige vacantiedagen om te Parijs eenige scholen te bezoeken waar dat travail manuel” werd toegepast, maar keerde onvoldaan terug. Reeds in het verslag van het Dames-Comité van het onderwijs in de nuttige handwerken over 1894, was de wensch geuit dat aan dat onderwijs meer tijd mocht be steed worden, dan het geval was. In de vergadering onzer Commissie van 5 Februari 1895 werd die wensch bespro ken en besloten aan het Dames-Comité te vragen of het misschien wenschelijk mocht zijn een cursus voor voort gezet onderwijs in dat vak op den Zaterdagmiddag in het leven te roepen.

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarverslagen gemeente Den Haag | 1896 | | pagina 302