19 Letter A. van het over de van haar VERSLAG van het Dames-Comite van toezicht op het onderwijs in de nuttige handwerken aan de openbare lagere scholen alhier, omtrent zijn werk zaamheden en den toestand van genoemd leervak aan die scholen, gedurende het jaar 1896. Evenals vorige jaren werden de scholen door de verschil lende sub-commissiën geregeld bezocht; eenige twee- andere meermalen. Van het bij deze bezoeken waargenome werd wederom aanteekening gehouden, welke aanteekeningen en opmer kingen in de vergaderingen van het Comité besproken werden. Bovendien bracht elke sub-commissie bij het einde jaar, als gewoonlijk een schriftelijk rapport uit, door haar afgelegde bezoeken. De daarin nedergelegde opmerkingen verschillen zee r weinig van die der beide vorige jaren. Ook thans werd van de Hoofden der scholen, bijna al gemeen, medewerking en steun ondervonden, terwijl het meerendeel der onderwijzeressen voortging zich met ijver te wijden aan hare taak, waarvoor verreweg de meeste ook geschikt zijn. Dat er onder de onderwijzeressen der eerste klasse nog eenige gevonden wordendie niet ten volle geschikt zijn voor hare taakwerd reeds vroeger door ons opgemerkt. Gelukkig mogen wij hierbij voegen, dat deze gevallen zeldzamer worden, daar vele der bovenbedoelde onder wijzeressen langzamerhand door betere vervangen worden. Niet ernstig genoeg kan intusschen gewezen worden op omzichtigheid bij de keuze, vooral van bedoelde onderwijze ressen 1ste klasse. Niet elke goede klasse-onderwijzeres is genoeg op de hoogte van het vak „nuttige handwerken”, om het onder wijs daarin geheel tot zijn recht te doen komen. En ofschoon het zeer goed te begrijpen is, dat een schoolhoofd, om pae- dagogische redenen, bij voorkeur een zijner klasse onder wijzeressen óók aan het hoofd van het onderwijs in de nuttige handwerken ziet, moeten wij toch ernstig waar schuwen tegen sommiger streven om, zelfs dan, wanneer de klasse-onderwijzeres niet in allen deele geschikt is voor bedoelde taak, het eenmaal aangenomen beginsel getrouw te blijven. In zulke gevallen kieze men liever eene kun-

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarverslagen gemeente Den Haag | 1896 | | pagina 316