29
Maatschappij
hoogst primitieve wijze, waarop de vroegere open plaats
achter de keuken met glas was overdekt geworden, geregelde
frissche toevoer van buitenlucht naar de slaapzaal, gelegen
achter de keuken, werd verhinderd en daar steeds een schemer
donker heerschte. zoodat die slaapzaal dan ook slechts bij
alleruiterste noodzakelijkheid werd gebruikt.
Dit alles deed Uw Bestuur het denkbeeld opvatten om.
nu voorziening van de keuken geen verder uitstel gedoogde,
tegelijkertijd de verdere gebreken op afdoende wijze te
verhelpen.
Nadat door het lid van het Bestuur, den Heer I. M.
Ginjoolen, in overleg met den Secretaris, de voorloopige
plannen daartoe waren opgemaakt, benevens eene begrooting
der kosten, werden die plannen in den boezem van UwBe-
I stuur ampel besproken en met algemeene stemmen aange
nomen, met dien verstande, dat de uitvoering over een tijd
vak van twee jaren zoude worden verdeeld.
Op het einde van het jaar 1896 waren de werkzaamheden
zoover gevorderd, dat door het verwijderen van den vroegeren
schoorsteenkoker en het aanbrengen van een ijzeren rook
scherm, thans de opstijgende dampen eenen rechtstreekschen
uit weg naar buiten kunnen vindendat door het wegbreken
van den muur, die de keuken van de achter die keuken
gelegen plaats scheidde, door het aanbrengen van eene ge
heels nieuwe bekapping boven die plaats, door eene betere
inrichting van de ramen der slaapzaal en door het veranderen
van de lantaarn boven den doorloop tusschen keuken en
eetzaal, zoowel in de keuken, als in de meerbedoelde slaap
zaal het noodige licht en een ruime toevoer en doorstraling
van buitenlucht is verkregen.
De aanrecht werd verplaatst en door een nieuwe van grootere
afmeting vervangen; het verwarmingstoestel, dat sedert on
heugelijke jaren wegens algeheele onbruikbaarheid geen
dienst meer deed, werd uitgebroken en de daardoor verkregen
vrije ruimte als kast ingericht, de muren en de vloeren van
de overdekte plaats werden met tegels belegd en andere
doeltreffende verbeteringen aangebracht.
Voor het jaar 1897 blijft bewaard het afwerken en verven
van keuken, plaats enzhet betegelen van de vloer en de
muren van de keuken en verdere bijkomende werkzaamheden.
Het Bestuur geloofd met dit betrekkelijk omvangrijke
werk te hebben gehandeld in het welbegrepen belang der
Maatschappij en durft vertrouwen, dat de gelden die daaraan