33
ii. Fabrieksnijverheid.
aan
in aanbouw
het Liernurstelsel
de Amsterdamsehe Gas
voor
divers gietwerk voor de Gemeentegasfabriek te
Vernieuwing stoompompmaehine, herstellen centrifugaalpompen
salarissen en
aantal personen,
bedragen heeft.
Omtrent de fabriek „de Pletterij. voorheen L. J. Enthoven <fc
Co.” kan ditmaal geen gedetailleerd verslag worden gegeven. Wel
kan worden medegedeeld dat in 1896 aldaar de navolgende hoe
veelheden materieel verwerkt zijn, te weten
getrokken ijzer en staal 7450000 KG.
gegoten ijzer 4200000
lood 1720000
Het gezamenlijk bedrag, dat over dat jaar is uitbetaald
arbeidsloonen is f 444212, terwijl het gemiddeld
dat aan de etablissementen verbonden was 700
De Ijzergieterij .de Prins van Oranje'” werkte met hetzelfde
stoomvermogen als het vorig jaar. had gemiddeld ruim 225 werk
lieden in dienst, waaraan eirca f 140.000 arbeidsloon werd uit
betaald en verwerkt circa 1750000 KG. gegoten ijzer en circa
350000 KG. gesmeed ijzer.
Het steenkolen verbruik bedroeg ongeveer 450000 KG. en dat
der gietcokes ongeveer 475000 KG.
De voornaamste werken in 1896 uitgevoerd en
bestonden uit:
Telegraafpalen model Henley voor Nederlandsch-Oost-Indie,
voor het Ministerie van Koloniën.
Diversen voor de Nederlandsch-Zuid-Afrikaansehe Spoorweg
maatschappij te Amsterdam.
Duikerbuizen vooi Samarang en diversen voor de Nederlandsch-
Indische Spoorweg-Maatschappij te ’s-Gravenhage.
Diverse ijzer-, staal- en metaalwerken voor de Nederlandsche
Handel-Maatschappij te Amsterdam voor Nederlandsch-West-Indie.
Telegraafpalen en diversen voor het Ministerie van Waterstaat,
Handel en Nijverheid, Afdeeling Posterijen en Telegraphie.
Diversen voor het Ministerie van Marine.
Gietwerk voor rioleeringen enz. en voor
voor de Gemeente Amsterdam.
Gegoten ijzeren lantaarnpalen
fabrieken te Amsterdam.
Candelabres en
’s-Gravenhage,
Hieruit blijkt, dat van de 100 aanvragen waarop het Gemeente
bestuur besliste er twee geweigerd werden en een voor een proef
tijd verleend. Verder werden bij Kon. Besluit 2 vergunningen
verleend, welke in 1895 door Burgemeester en Wethouders waren
geweigerd (waarvan een voorwaardelijk) en werd op drie aan
vragen van het Gemeentebestuur beslist door Gedeputeerde Staten.