19 antwoord op de vraag gedaan door Burgemeester en Wet houders van Haarlem of het instellen van het Dames-Coroité voor de handwerken, beantwoord heeft aan de verwachting. 4 November aan Burgemeester en Wethouders klacht over twee lokalen van de school aan de Lepelstraat. 18/20 November van Burgemeester en Wethouders be richt dat de gevraagde veranderingen in genoemde lokalen zullen worden aangebracht. Den 25cn Maart werd den heer C. Voute op zijn verzoek eervol ontslag verleend als lid der Commissie; het deed ons leed hem te zien heengaante meer daar een mingunstige gezondheidstoestand hiertoe aanleiding was. Voor periodieke aftreding waren aan de beurt de heeren Mr J J. Bergsma. Dr. C. J. Eggink, Mr. A. F. A. Leesberg, Dr. S. B. Seihorst, Dr W. F. Unia Steyn Parvé, Dr. J. G. de Vos en Mr. H. Vreede. De heeren Leesberg en Vreede verklaarden niet weder voor eene benoeming in aanmerking te willen komen, wegens hunne drukke bezigheden die hen beletten hunne taak als leden der Schoolcommissie zóó waar te nemen als zij dit noodig achtten. Niettegenstaande den aandrang op hen uitgeoefend, meende zij te moeten blijven bij hun eens genomen besluit en zien wij dan zéér tot ons leedwezen deze twee leden uit ons midden weggaantwee veteranen der Commissie De andere aftredende leden werden den 21’“” December door den Gemeenteraad herbenoemdde heer Bergsma nam het praesidium weder op zich. In de eerste vergadering van 1898 werd weder een voor dracht opgemaakt voor nog bestaande vacatures. De heeren Jhr. Mr. W. Th. Gevers Deynoot, Dr. J. G. de Vos en Dr. C. J. Egginkde laatste als plaatsvervanger, werden aangewezen om met den Arondissements-schooL opziener te vormen de Commissie van examems, voor de klasse-examens in 1898. De Arrondissements-schoolopziener woonde verscheidene vergaderingen bij, terwijl wij het genoegen hadden den Wethouder van Onderwijs bijna geregeld in ons midden te zien, hetgeen door de Commissie zeer op prijs werd gesteld. J. J Bergsma, Voorzitter. W. A. R. Engelen, Secretaris.

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarverslagen gemeente Den Haag | 1897 | | pagina 319