20
Toezicht.
In 1897 werd het door de aftreding van de leden der Com
missie van Toezicht N. Th. Michaelis, Mr. Ph. W. van Heusde
en Mr. Th. L. M. H. Borret, die zich niet meer voor eene
herbenoeming beschikbaar stelden, noodig een drietal nieuwe
leden aan onze Commissie toe te voegen. Waar wij met leed
wezen uit ons midden mannen zagen vertrekken die door hunne
groote kunde en door hun ijver voor de belangen van het middel
baar onderwijs een voorname plaats in ons midden innemen,
daar achten wij het gepast te dezer plaatse te herinneren aan
het gewichtige aandeel dat zij steeds in de beraadslagingen en
beslissingen der Commissie hebben gehad. Niet het minst is dit
woord gewijd aan Mr. Ph. W. van Heusde, den Oud-secretaris
der Commissie.
Ter vervanging van de afgetreden leden werden benoemd de
heeren H. O. de. Bruijn, Dr. A O. 11. Tellegen en Mr. A. D.
W. de Vries.
De heeren Mr. P. R. FeithP. M. Netscher en Mr. G. A.
P. Bax die mede aan de beurt van aftreding warenwerden
herbenoemd en lieten zich die benoeming welgevallen, waarna
eerstgenoemde wederom tot Voorzitter werd gekozenterwijl
Mr. A. D. W. de Vries zich, ter vervanging van Mr. G. A. P.
Bax het secretariaat zag opgedragen.
Met het bezoeken der bijzondere inrichtingen voor middelbaar
onderwijs zijn thans belast.
Academie van Beeldende Kunsten de heeren de Bruyn en
Netscher.
Ambachtsschoolde heeren Modderman en de Vries,
industrieschool de heeren van Diesen en van Berckel.
Ten slotte wordt hierbij overgelegd de Staat der Middelbare
scholen op het einde van het jaar 1897.
's-Gravenhage, 12 Februari 1898.
De Commissie van Toezicht
voor het Middelbaar Onderwijs te 's-Gravenhage,
P. R. Feith Voorzitter.
A. D. W. de Vries, Secretaris.
