57
29 April werden goed-
wegen in een gedeelte
deelte van het uitbreidingsplandie bij dit plan kwamen
te vervallen.
Op een verzoek van Mr. A. E. II. Goekoop werd
bij Raadsbesluit van 25 Maart de termijn waarbinnen
de verbreeding van de Laan-van-Meerdervoort tusschen
het Afvoerkanaal en de Beeklaan haar beslag moet
hebben verkregenopnieuw met een jaar verlengd
en gesteld op 1 Januari 1899.
In de Raadsvergadering van
gekeurd plannen tot aanleg van
van de Westduinentusschen de Beek en den Scheve-
ningscheweg, en tusschen het Afvoerkanaal, de Beek
laan en de Laan-van-Meerdervoortbeide op gronden
toebehoorende aan Mr. A. E II. Goekoop, behalve
wat eerstgenoemd plan betreft een strookje langs den
Scheveningscheweg. toebehoorende aan de Gemeente.
Tegenover de medewerking van de Gemeente om
de aansluiting aan den Scheveningscheweg tot stand
te brengen, stond Mr. Goekoop aan de Gemeente af
een terrein groot ongeveer 1 H A. aan het Afvoer
kanaal voor den bouw van het hoofdstoomgemaal der
rioleering (vergelijk sub 2". Riolen
De hoogte der straten in het bij Raadsbesluit van
29 December 1896 goedgekeurde bouwplan van de
Algemeene ’s-Gravenhaagsche Bouwgrond-Maatschappij,
werd in de Raadsvergadering van 25 Mei vastgesteld.
Een door den heer G. A. Franses ingediend plan
tot aanleg van drie straten uitkomende op den Bezui-
denhoutscheweg tusschen de Wilhelminastraat en de
Carpentierstraat werd bij Raadsbesluit van 17 Juni
goedgekeurd. I >e breedte van een dezer straten was
in het bij Raadsbesluit van 17 April 1804 vastgestelde
plan van stratenaanleg ten zuiden van den Bezuiden-
houtscheweg bepaald op 14 M.; in verband met de
goedkeuring van de thans op 12 M. breedte ontworpen
stratenwerd laatstgenoemd Raadsbesluit voor zooveel
noodig gewijzigd.
In de Raadsvergadering van 17 Juni werd de bij
Raadsbesluit van 29 September 1896 bepaalde hoogte
van een gedeelte van de Vaillantlaan tusschen den
overweg over den Hoilandschen spoorweg en de Hoef-
kade eenigszins gewijzigd.
In dezelfde Raadsvergadering werd, met afwijking
