20 ii De Ambachtsschool. 1897. r> n T) r> r> n r> n Bij gemis aan de noodige gelegenheid tot uitbreiding is dit vier gebleven, doch er behooren vijf' afdeelingen te zijn. Directeur: de heer H. L. Boeksma. De Ambachtsschool werd in 1898 bezocht door 223 leerlingen tegen 200 in 1897. Volgens de indeeling bij het theoretisch onderwijs zijn de leerlingen aldus verdeeld: le klasse 127 tegen 111 in 58 31 200 2e 63 3e 33 Totaal 223 met splitsing van de le klasse in vier, van de 2e klasse in drie, van de 3e klasse in twee parallel-afdeelingen. „fragment werd door 39 leerlingen geteekend. Aan de studie „van het antiek pleisterbeeld wijdde zich een elftal leerlingen. „De stillevenklasse bestond uit 13 leerlingen. Een tiental leer lingen teekende des avonds naar het levend model. „In de Afdeeling B (theoretische vakken) werd aandenavol „gende vakken door het daarbij vermeld aantal leerlingen deel genomen „Anatomie: dagcursus 82 en avondcursus 28 leerlingen; pro portie: 31 leerlingen; perspectief: dagcursus 34 en avondcursus „9 leerlingen; beschrijvende meetkunde: dagcursus 32 en avond - „cursus 33 leerlingen landmeetkunde14 leerlingenlogarithmen „en werktuigkunde: 11 leerlingen; meetkunde en projectieleer „152 leerlingen. „Het klein ornament (Afdeeling C) werd door 72 leerlingen „bestudeerd. In de klasse stilleven en groot ornament oefenden „zich respectievelijk 9 en 4 leerlingen. „Buitengewoon groot was de toeloop, waarin zich de boetseer- „klasse (57 mannelijke en 7 vrouwelijke leerlingen) mocht ver- heugen. „Ook de Afdeeling E (Bouwkunde) werd bijzonder druk „bezocht. Niet minder dan 152 leerlingen vormden de le en 2e „klasse; aan de 3e en 4e namen 103 leerlingen deel; in de „5e en 6e klasse teekenden 66 leerlingende 7e klasse bestond „uit 16 leerlingen terwijl de 8e en 9e klasse respectievelijk 3 „en 6 leerlingen bevatte. In de nieuwe klasse Tuinbouw oefenden „zich 9 a.s. tuinlieden in den aanleg van tuinen en parken. „Een 28-tal smeden, toekomstige machinisten, bankwerkers en „electriciens oefenden zich in ijzercoustructie en werktuigkundig „teekenen.”

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarverslagen gemeente Den Haag | 1898 | | pagina 425