20
26
Toezicht.
’s-Gravenhage, 11 Maart 1899.
n
T)
n
T)
n
r>
n
r>
n
r>
r>
r>
T)
r
T)
rt
n
r>
2c
3e
4e
5e
34
16
21
19
in de le klasse door 47 leerlingen tegen 39 in den vorigen cursus
T)
De samenstelling der Commissie van Toezicht voor het Middel
baar onderwijs onderging in het afgeloopen jaar geene verande
ring, envenmin als die der sub-commissies uit haar midden voor
de verschillende bijzondere inrichtingen voor Middelbaar Onder
wijs.
Ten slotte wordt hierbij overlegd de Staat der Middelbare
Scholen op het einde van 1898.
De Commissie van Toezicht
voor het Middelbaar Onderwijs te ’s Gravenhage,
P. R. Feith, Voorzitter.
A. D. W. de Vkies, Secretaris.
19
20
19
y>
r
n
n r>
terwijl in
n
n
n
w
en in de 5e klasse nog 5 leer-
n
n n n
de 4e klasse nog 1,
lingen enkele lessen bijwonen.
De le, 2e en 5e klasse zijn elk in twee parallelafdeelingen
geplitst.
Bij het toelatingsexamen meldden zich aan 67 adspiranten
voor de le, en 4 voor de 2e klasse. Voor de le klasse slaagden
43 en voor de 2e klasse 3.
Bij de overgangsexamens konden tot eene hoogere klasse
worden toegelaten
uit de le klasse 33 van de 37 leerligen
n n 2e 16 19 r
3e 18 19
n 4e 16 20
Het examen voor lager onderwijs nuttige handwerken werd
door 21 leerlingen der school afgelegd, van wie 17 slaagden,
terwijl in fraaie handwerken 13 leerlingen der school werden
geëxamineerd van wie 11 slaagden.
Aan 15 leerlingen, die geëxamineerd werden in boekhouden,
kon het diploma der school worden uitgereikt; het diploma ver
wierven eveneens 5 van de 7 leerlingen die zich voor het
examen in wollennaaien hadden aangemeld.
De school wordt kosteloos door 15 leerlingen bezocht, van
wie 14 voor rekening der gemeente ’s Gravenhage.