Bijlage 26
I
X
.Mijne lleeren
VERSLAG van het Mestuin' der Vereeniging tot
verbetering der woningen van de arbeidende klasse Ie
's-Gravenhageover hel jaar 1898.
Het Bestuur heeft de eer U het jaarverslag over 1898 aan
te bieden en kan dit aanvangen met de mededeeling dat onze
Vereeniging in bloeienden toestand blijft verkeeren.
Op het nieuw aangekocht terrein tusschen de Hoefkade en
den Parallelweg werden de 32 woningen opgetrokkenwaarvan
in het vorig jaar de fundamenten waren gelegd, zoodat het
geheele terrein thans is volgebouwd. De 46 woningen zijn in 3
blokken verdeeld; van het middelste blok is de gevel een weinig
vooruitgeschoven, teneinde de lange gevellijn te breken. De
meeste tuintjes zijn aardig aangelegd, en twee aan twee ge
scheiden door de, van de hoofdstraat naar de voordeuren der
woningen loopende, toegangen. Het geheel ziet er netjes en
vroolijk uit, en de bewoners zijn zeer met hunne woningen
ingenomen. Voor de verlichting zijn vier goed lichtgevende
petroleumlantaarns aangebracht, die zeer voldoen. De huurprijs
bedraagt 2.15 voor iedere woning, hetgeen niet te hoog is
voor goedgebouwde woningen, met betrekkelijk veel ruimte,
goed licht en lucht Ter onderscheiding van deze met de andere,
eveneens aan de Hoefkade gelegen woningen, werd aan de
laatst aangebouwden de naam «Delprat woningen» gegeven, ter
nagedachtenis van den eersten voorzitter der Vereeniging.
Het bouwen van de «Delpratwoningen» is het laatste werk
geweest dat onder leiding van den opzichter R. van de Poll
werd uitgevoerddie met 1 Januari 1899 zijn eervol ontslag
verkreeg. Ofschoon het Bestuur van de Poll gaarne voor de
Vereeniging had behoudenheeft het zijn verzoek niet willen
weigeren. Vanaf de oprichting der Vereeniging was van de Poll
aan haar verbonden, en heeft dus 45 jaar zijn beste krachten
aan de Vereeniging gewijd; langzamerhand begon de verant
woordelijkheid van zijn betrekking hem zwaar te drukken en
gaf hij den wensch te kennen zijn laatste levensjaren in rust
te mogen doorbrengen. Het Bestuur aarzelde dan ook niet hem
die welverdiende rust te geven. In de laatste bestuursvergadering