Sche veningen. «Op de de verschillende van voor de inrichting van het model Eben-Haëzer van het Monument in het Willemspark (1813) vóór de wijziging. Prins Frederik Hendrik en Amalia van Solms omringd door Prinsen en Prinsessen uit het Huis van Oranje-Nassau. Beide groepen met hunne kinderen. Gravure uit het begin der 17e eeuw. Gedenkzuil voor Nederland 1815. Gravure van Hoogkamer naar Oosterhuis. Verschillende photo’svervaardigd ten tijde der ’s-Graven- haagsche Inhuldigingsfeesten. September 1898. Gezichten v. h. Koninklijk Paleis in het Noordeinde en andere versierde stads gedeelten. Plattegrondin kleuren van ’s-Gravenhage en Uitgaaf v. J. Smulders 1898. Verzameling gekleurde gezichten in en om den Haag meeren- deels uit de 18e eeuw. Gravures met adres van Scheurleer, Fouquet, Robit e. a. naar la Fargue e. a. Photographic van het Monument voor Constantyn Huygens, opgericht a. d. Scheveningschen weg, 4 Sept. 1897. •- Portret van Frederica Louisa Wilhelmina Koningin der Neder landen, te paard. Gravure door v. d. Beek naar Sonnenberg. Haagsche Schutterij. (Bovenstuk van een Nieuwjaarsprent). De gravures hebben ook eenige overeenkomst met n°. 832 van den Inventaris v. d. Hist: Typogr Atlas; gemerkt J. Schouwenberg. Suite van 15 lithographische platen behoorende bij het bestek het gebouw, bestemd ter vestiging v. h. Departement van Koloniën 11 Februari 1859 na. 35, door W. B. Rose. Zinneprent welke men kan openslaan om tafereelen te zienbetrekking hebbende op de geboorte Koning Willem I, 24 Augustus 1772. Gravure van N. v. d. Meer. Gedicht van P. Mol. Plan du camp formé a la Haye le 29 Maij 1742. plaets getekent door P. A. de St. Hilaire Mallet"- Lijkstatie van Hare Hoogheyt de Princes Douairière (Amalia v. Solms) 21 December 1675. Gravure van R. de Hooghe. Portret van Prins Willem III te paardongeveer 7 jaren oud. Gravure naar Joann. Meyssens door Holsteyn. Portret v. d. Prins van Oranje, Souverein Vorst. Gravure naar Pieneman door Stenus. Zeven verschillende photographieën naar

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarverslagen gemeente Den Haag | 1898 | | pagina 567