L
i
I
•I
124
26 September 1899 werd be-
-
t
Aan de niet gesubsidieerde teekenschool van den
heer W. P. Laarman werd door één onderwijzer aan
23 mannelijke leerlingen onderwijs gegeven; aan die
van den heer J. M. L. Lotz door drie onderwijzers
aan 37 mannelijke leerlingen.
In het najaar van 1899 werd eene bijzondere mid
delbare school voor handel en nijverheid opgericht
door den heer F. Tijmstra. Zij telt 44 leerlingen die
van 8 leeraren onderwijs ontvangen.
Omtrent de Academie van Beeldende Kunsten wordt
verwezen naar het Verslag van den Baad van Bestuur,
opgenomen als Bijlage 23 achter dit verslag.
Het onderwijzend personeel bestaat uit den Directeur,
3 leeraren en 2 adsistenten, welke beide laatsten ook
onderwijs geven op de school voor volwassenen.
Deze school genoot over 1899 weder eene subsidie
van de Gemeente van f 4000.
Het personeel der school bestond uit de Directrice
en 16 leeraressen.
Aan den cursus 1899/1900 wordt deelgenomen door
144 leerlingen.
De school genoot eene subsidie van de Gemeente van
f 6000, van het Rijk van f 4000 en van de Provincie
van f 2000.
Bij Raadsbesluit van f
sloten het aan deze inrichting toegekend subsidie, met
ingang van het jaar 1901 te verhoogen met f 1500.
d. Teekenscholen.
Het personeel der school bestond uit den Directeur
en 18 leeraren.
Het getal leerlingen bedroeg 240.
De school genoot eene subsidie van f 10,000 van de
Gemeente en eene van f 2000 van de Provincie.
b. Ambachtsschool.
c. Industrieschool voor Meisjes.