4*
143
Ia.
Kamers van Arbeid.
bleven onveranderd samengesteld.
Fabrieks- en Ambachtsnijverheid.
a.
De opgave der in de Gemeente aanwezige fabrieken
met vermelding van de namen der eigenarenhet
aantal stoomwerktuigen en stoomketels, benevens hun
vermogen, is vermeld in den slaat, voorkomende
achter het verslag der Kamer van Koophandel en
Fabrieken.
De vergunningenaangevraagd volgens de wet van
2 Juni 1875 (Staatsblad no. 95)zijn weder opgenomen
onder paragraaf V van het verslag der Kamer.
Onder letter a van dezelfde paragraaf treft men
weder eenige mededeelingen aan omtrent de fabrieks
nijverheid in deze Gemeente.
Onder letter b van dezelfde paragraaf wordt mede-
deeling gedaan betreffende de ambachtsnijverheid.
Onder letter c zijn opgenomen de inrichtingen in
het belang der werklieden en onder letter d de instel
lingen in het belang van de nijverheid.
In de samenstelling van de Kamer van Arbeid voor
de Voedings- en Genotmiddelen kwam verandering
doordien de heer L. van Duijn de benoeming als lid-
werkman niet had aangenomen en de heer B. G. van
der Roest als zoodanig ontslag nam.
Bij de op 5 Januari, ter voorziening in die vaca
turen, gehouden verkiezing, waarbij waren opgekomen
105 kiezers, van wie 14 uit Voorburg en 5 uit Loos-
duinenwerden gekozen de heeren A. van Dommelen
en W. B. Muller.
De heer H. P. Mutters Jrzn., lid-patroon van de
Kamer van Arbeid voor de Bouwbedrijven, nam ont
slag; in de vacature kon echter nog niet worden
voorzien.
De Kamers voor de Confectie- en Drukkersbedrijven
II. Nijverheid.