I
I
h
I
i
I
T
11
ill
ij
?l
4
I
it 4
Jfi
Bijlage *2.)
VEERTIGSTE VERSLAG van den staal der Atademie
van Beeldende Kunsten te’s Ciavenhage over 1898 - 1899.
Bij de inleiding van dit Jaarverslag, hetwelk de Raad van
Bestuur wederom de eer heeft U aan te bieden, mag met vol
doening erkend worden, dat deze aloude Haagsche instelling
zich in stijgende populariteit verheugt. Naarmate de residentie
zich uitbreidt, neemt het aantal leerlingen in evenredigheid toe;
naarmate zich in den lande een streven openbaart om het
onderwijs voor den jeugdigen ambachtsman zooveel mogelijk in
verband te brengen met de praktijk van zijn vak, plooit zich
ook de Academie naar dien nieuwen eisch en beijvert zij zich,
den toekomstigen werkman degelijk vakonderwijs te verstrekken.
Natuurlijk geldt dit uitsluitend voor den jeugdigen bezoeker van
den wit tcravond-cnrsns. Vakonderwijs is voor al deze toekomstige
ambachtslieden het parool. In plaats van hen langs den omslag-
tigen weg van blokken en pleisterfragmenten zekere vaardighe id
in het handteekenen te doen verkrijgenhoudt men hen reeds
dadelijk bezig met het schetsen en ontwerpen van dingen, die
onmiddelijk hun vak raken. Door het leeren opschrappen van
allerlei details, welke betrekking hebben op hun vak, moeten
zij eene vlugge, gemakkelijke hand zien te krijgen. Voor den
timmerman zon men het «handteekenen op bouwkundig gebied”
kunnen noemen. Dit aanpassen aan de praktijk van het vak
vordert, wil het onderwijs in elk opzicht vruchtdragend zijn,
speciale vakleeraais voor de verschillende beroepen. En dit laatste
eischt wederom een uitgebreiden staf van leeraars met al den
aankleve van dien. Zóóver heeft de Academie zich op den nieuwen
weg echter nog niet begeven, doch met de haar ten dienste
staande leerkrachten en middelen heeft zij in den afgeloopen
winter een bescheiden proef genomen. De uitslag daarvan heeft
den Raad doen besluiten, voor den a.s. ambachtsman te breken
met de verouderde opvatting en zooveel doenlijk vakonderwijs
in te voeren. Van nu af zal men dus trachten den leerling
zooveel mogelijk op te leiden in de theorie van het door hem
gekozen vak. Het doel is: verband te brengen tnsschen het
hand- en rechtlijnig teekmen, doch daarbij steeds rekening te
houden met de aanwezige leerkrachten en leermiddelen. Ieder
toekomstig ambachtsman leidt men op in overeenstemming met
het door hem beoefende vak. Een boekdrukker b.v. leert men
lettertypen teekenenhet versieren van slot en hoofd eener
bladzijde. En aldus in ieder vak.