Bijlage 5‘2
In 1899 bleef het bestuur der afdeeling onveranderd. Het was
als volgt samengesteld
Mr. A J. E. A. Bik, Voorzitter, Dr. W. P. RuyschOnder
voorzitter, Dr. J. Roeters van Lennep, Penningmeester, J. Mut
ters Jr.A W. van Malsen, H. M. Enthoven en H. W. Nicolaï,
Secretaris.
Het aantal der leden bedroeg aan het einde van 1899 113.
Gedurende 1899 werden 4 vergaderingen der afdeelingen ge
houden en wel op 19 Januari28 Februari26 Mei en 13 De
cember. In de eerste twee en de laatste vergadering werden
achtereenvolgens lezingen gehouden door den heer G. L. II.
Küsterstariefreferent bij de Holl. Ijzeren Spoorweg-Maatschappij
te Amsterdam over de steen- en andere kolensoortende
chemische hoedanigheden der kolen en de daaruit verkregen
productendoor den heer P. J. Stokvis te Arnhem over Au
tomobielenen door den heer Dr. G. Hondius Boldinghdirecteur
der school voor suikerindustrie te Amsterdam over de suiker
industrie en de inrichting van evengenoemde school. Bovendien
werden in de vergadering van 28 Februari aan drie werk
lieden vereerende getuigschriften uitgereikt wegens langdurigen,
trouwen dienst.
De vergadering van 26 Mei diende tot het afdoen van ver
schillende huishoudelijke werkzaamhedenals afgevaardigden
ter 48ste algemeene vergadering der vereeniging werden toen
gekozen Mr. A. J. E. A. BikDr. W. P. Ruysch en Mr. J.
Limburgtot plaatsvervangend afgevaardigden Dr. J. Roeters
van Lennep en A. A. Knuyver.
In Februari 1899 nam de vereeniging het initiatief tot het
vormen van eene commissie tot het uitzenden van werklieden
naar de wereldtentoonstelling in 1900, hetgeen het vormen van
zulk eene commissie ten gevolge had.
Namens het Bestuur
(mi. A. J. E. A. Bik Voorzitter,
(w. g.) H. W. Nicolaï, Secretaris.
Voor eensluidend afschrift
Ue Secretaris,
H. W. Nicolaï.
AFSCHRIFT van het Verslag over 1899 van de
Afdeeling ’s-Gravenhage der Vereeniging tol
bevordering van Fabrieks- en Handwerksnijver-
heid in Nederland.