1
il
19
I
Verslag Lager Onderwijs.
II
klaart geen tegenstander van schoolvergaderingen te zijn: »Ik
meen, dat de invoering zeer verkeerd zou zijn, zoolang niet
alle onderwijzers oprecht den wensch koesteren om op hartelijke
wijze met elkaar en met het hoofd der school samen te werken».
Hier wringt de schoen. Tot het houden van schoolvergaderingen
die het karakter van gezellige bijeenkomsten dragen en bestemd
zijn tot het bespreken van onderwerpen van algemeenen aard,
de school en het onderwijs rakende is men over het algemeen
wel bereid; die beschouwingswijze wordt ook gedeeld door een
der hoofden, die verklaart volgaarne vergaderingen met zijn
personeel te willen houden en de gelegenheid daartoe geregeld
open te stellen, maar immer wordt teleurgesteld, omdat geen
der onderwijzers ooit bereid wordt bevonden eene voordracht te
houden of eenig onderwerp in te leiden. Schoolvergaderingen
echter, zooals de Bond van Nederlandsche Onderwijzers die
voorstaat, welke bij meerderheid van stemmen besluiten neemt,
waaraan zich ook liet hoofd heeft te onderwerpen en waar uit
den aard der zaak de hartelijkheid onderling al heel spoedig
gevaar zou loopenworden niet gehouden. De belangen van het
onderwijs kunnen alleen bij voortduring gediend worden door
eene eendrachtige samenwerking tusschen het hoofd en de onder
hem staande onderwijzersen aan die samenwerking zou door
naar zoodanige vergaderingen slechts
het toegeven aan den wensch
afbreuk worden gedaan.
Ook over de toewijding der kweekelingen worden in de ver
slagen weinig klachten vernomen; zij bewijzen verschillende
kleine diensten in en buiten de school.
Om met den arrondissements-schoolopziener zitting te nemen
in de Commissie voor het afnemen der klasse-examens werden
ook weder voor 1900 aangewezen de leden onzer Commissie
Gevers Deynool en de los. Plaatsvervanger was aanvankelijk
de heer van Ruyve.nlater de heer Eygiiik.
3. Onderwijs en Leerlingen.
Voor den loop der schoolbevolking wordt verwezen naar de
tabellen C en IIachter dit verslag afgedrukt.
Hoewel ook dit jaar van particuliere zijde de nuttige pogingen
tot wering van het schoolverzuim werden herhaald kwam dit
euvel, in hoofdzaak natuurlijk aan de kostelooze scholen, nog
heel wat malen voor. Te ontkennen valt het niet, dat hoofd
zakelijk in de eerste maanden ettelijke gevallen waren toe te
schrijven aan ziekte, waaronder vooral mazelen en roodvonk,
maar even zeker is hetdat menig verzuim dat onder de
rubriek willekeurige verzuimen» feitelijk behoorde onder die
'•wegens ziekte,, terecht kwam. Dat vele onverstandige en on
willige ouders het met de qualificatie van een verzuim hunner
kinderen niet zoo heel nauw nemenmag veilig worden aan-