106
F. H. de Groot.
het hoofd daarvan staan
Heelkunde
Vrouwenziekten
H. F. P. Maasland
Jhr. Dr. N. J. F. Pompe van
Meerdervoort.
Dr. I. Noyon.
D. Muijderman.
J. H. Hanken.
H. Ph. Baudet.
Dr. R. Reeling Brouwer,
mej. Th. A. J. C. Herckenrath.
1). Snoeck Henkemans.
sloten werd.
De afdeelingen zijn thans als volgt verdeeld en aan
Oogziekten
Neus ,keel- en oorziekten
Urogenitaalziekten
Zenuwziekten
(Psychotherapie)
Tandziekten
Kinderziekten
Maag- en ingewands
ziekten
Directrice mej. A. J. I. van Deinse bleef zich met de
dagelijksche leiding der zaken belasten.
In de Inrichting voor Ooglijders werden in het afge-
loopen jaar 4087 patiënten behandeld, die te zamen
16552 adviezen ontvingen Van deze patiënten werden er
187 met 3360 verpleegdagen in de inrichting opge
nomen. Er werden 70 patiënten met 1735 verpleeg
dagen geheel kosteloos verpleegd, terwijl 25 patiënten
met 545 verpleegdagen de helft of een klein gedeelte
der verpleegkosten betaalden. Het aantal groote opera
tion bedroeg 140
De gewone uitgaven bedroegen f 8304 444 tegen
f 7644.484 aan gewone ontvangsten. Een legaat van f 1050
werd ontvangen, terwijl de gemeente een subsidie van
f 1500 verleende.
Als geneeskundigen waren aan de inrichting verbonden
de heeren Dr. M. J. Bouvin en C. H. Hazewinkel en
als Directrice was mejuffrouw M. A. Adriani werkzaam.
Als bestuursleden werden herkozen de heeren Dr.
T. H. Blom Coster, Mr. C. J. E. Graaf van Bylandt
en Mr. L. P M II. Baron Michiels van Verduynen
en werd gekozen de heer P. C. L. Eikendal.
De inrichting der vereeniging Algemeene llaagsche
Polikliniek bleef gevestigd in het gebouw Prinsegracnt43.
De werkzaamheden werden uitgebreid door de vor
ming van nieuwe afdeelingen, terwijl in December 1901
de afdeeling voor «inwendige ziekten» voorloopig ge-
