8 Inrichtingen van Nijverheid. (1) Belastingen. 482.272.68 tt u H n H 254.519.93 1.168.32 928.524.94 843.188.80^ If V tt H tt tt If tt 18a. 18 A. 18c. 11. 12. 13. 14. 15. 16. 17. 18. 597.086.851 38.077.574 (1) Door toevoeging van de letters a en b aan te geven of de inrichtingen worden geëxploiteerd in eigen beheer dan wel door concessionarissen. In dien er nog andere nijverheidsinrichtingen voorkomen, deze in afaonderlijke kolommen sub 18a enz. te vermelden. Voor gemeenten, die alleen het batig of nadeelig saldo dezer inrichtingen op de gemeenterekening brengenmoet het totaal der ontvangsten en uit gaven in de kolom aanmerkingen worden opgegeven. 19. Opcenten op de grondbelasting (gebouwde eigendommen) aantal40 20. Opcenten op de grondbelasting (gebouwde eigendommen) bedrag 21. Opcenten op de grondbelasting (ongebouwde eigendommen) aantal10 22. Opcenten op de grondbelasting (ongebouwde eigendommen) bedrag 23. Opcenten op de personeele belasting aantal 50—102 24. .Opcenten op de personeele belasting bedrag 25. Hoofdelijke omslagen of andere plaatselijke directe belastingen a. Belasting naar het geschatte inkomen A. Belasting naar het geschatte inkomen afgeleid uit den uiterlijken staat, vol gens in de belastingverordening ver meide grondslagen 26. Belasting wegens gebouwde eigendommen, die zelve of wier aanhoorigheden aan de openbare straten of wegen belenden. 27. Belasting wegens gebouwde eigendommen en hunne aanhoorigheden, die gelegen zijn in bepaalde gedeelten der Gemeente 10. Ontvangsten ter zake van: Gasfabriek (a). Electriciteit Waterleiding (a) Telefoon. Tram Slachthuis Vuilnisverzameling(a) Leenbank Gemeentelijke pu bliciteit

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarverslagen gemeente Den Haag | 1901 | | pagina 177