n
r
22
08,000.—
I
zoodat het zuiver bedrag ongeveer zal zijn f 854,929.06
De hondenbelasting bracht op f 10,439,50
Volgens de door Gedeputeerde Staten goedgekeurde
begrooting voor het dienstjaar 1902 is het geraamd
bedrag
der ontvangsten/'6,510.631.385
en der uitgavenf 6,510,631.38s
Op 15 Juli 1901 werd de inschrijving opengesteld
op de derde reeks obligation, groot f 1,000.000 van
de 34 pCt. geldleening, groot ten hoogste f 5,000.000,
tot het aangaan van welke leening de Gemeenteraad
in zijne vergadering van 19 December 1899 besloot.
Op deze reeks werd ingeschreven voor een bedrag
van 3.743.000.— tegen koersen, variëerende tusschen
94 j en 100 pGt., waarvan f 1,171,000.tegen koersen
van ten minste 96 pCt. De koers van gunning werd
door den Raad vastgesteld op 96 pCt.
De Hoofdelijke Omslag werd geheven naar den maat
staf van 2 pGt.
De kohieren dier belasting beliepen tot 1 April 1902.
Primitief849,832,97
Suppletoir- 73,090,09
zoodat de opbrengst der directe belastin
gen nagenoeg zal bedragen865,368.56
Een overzicht der opbrengst van den hoofdelijken
omslag over de jaren 1896 tot en met 1901 is neerge
legd in bijlage 10 achter dit verslag.
Wij laten hier volgen een staat der gemeenteschulden.
Te zamen f 922,929,06
Men meent te moeten stellen, dat daarvan
als oninbaar zal worden afgeschreven,
met inbegrip der op reclame verleende
afschrijvingen