'10 VERSLAG DER KAMER VAN KOOPHANDEL EN FABRIEKEN. li mingen bedroeg f 4632,25. Door Katwijkers, die met paard en kar langs de kust visschen, werd alhier voor een bedrag van ƒ3872.15 aan garnalen aangevoerd. De uitkomst, wat de aanvoer der Katwijkers betreft, is gunstiger dan in 1900, 443 meer, die van de booten 370 ongunstiger; er heeft evenwel een boot minder gevaren dan verleden jaar. Het weer speelt, bij deze visscherij de hoofdrol; windrichting, golfbreking of sterke deining beletten dikwijls de uitoefening van dit bedrijf, zoowel voor booten als voor het sleepen der netten door paarden. Winstgevend schijnt deze visscherij voor eigenaars van booten niet te zijn, het getal neemt af of blijft station- nair; alleen zij die eigenaar zijn en tevens zelf hun boot be varen, blijven dit bedrijf uitoefenen, maar reeders, geen visschers zijnde, geven het spoedig op. Van de scheepstimmerwerven thans nog twee in getal, is, wat den aanbouw van nieuwe bommen betreft, nog niet veel te vermelden. Op een dezer is in 1902 een bom gebouwd volgens het nieuwe type «de minister Lely». eenigszins ver schillend in lengte en scherpte om tot meerdere volmaakt heid te komen. Het vaartuig wordt zeer geroemd, niet het minst door onze visschers; de praktijk zal moeten bewijzen of de bouwmeester zijne verwachtingen verwezenlijkt zal zien; algemeen gelooft men dit wel. Dit type vereischt veel zorg bij vervoer van de werf over hel strand naar zee; aan de haven gebouwd kunnende worden, zullen vermoedelijk meer bestellingen volgen. Met succes wordt aan de bestaande bommen een kiel aan gebracht, het aantal daarvan voorzien wordende blijft toene men. Volgens verklaring der opvarenden is dit eene verbete ring te noemen, hoewel zij bij de uitoefening der schrobnet- visscherij minder voldoen dan bij de haringvisscherij. Een en anderen hetjaarlijksch onderhoudswerk, alsook de veranderingen noodzakelijk aan de aangekochte kotters en Fransche loggers, geven volop werk aan de scheepstimmerlieden, die dan ook geen reden tot klagen hebben. Met de smederijen gaat het in verhouding tot de scheeps timmerwerven ook iets beter; wordt er veel getimmerd, dan is er ook smidswerk. Het gewone onderhoud, de aanvulling van verloren artikelen en de uitbreiding der loggervloot door aankoop van vreemde vaartuigen geeft vrij voldoend werk, zoodat de beslaande inrichtingen goed in stand kunnen blijven.

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarverslagen gemeente Den Haag | 1901 | | pagina 614