159 II O O F D S T U K X. Armwezen. de rijke verzameling worden gelezen en de groote be langstelling, waarmede de voordrachten werden gevolgd, die des winters geregeld werden gegeven, zijn zoovele bewijzen voor het nut, dat deze inrichting onmisken baar verspreidt. De financiën vroegen voortdurend de zorg van het Bestuur. Uit het verslag over 1902 betreffende de Werkin richting voor hulpbehoevende blinden, stippen wij aan, dat de inrichting zich in veler sympathie mag blijven verheugen. Van II. M. de Koningin en de Koningin- Moeder mocht zij opnieuw blijken van hooge belang stelling ontvangen, terwijl weder van verschillende personen bijdragen in de kosten van door hen aange wezen blinden -werden ontvangen. Door wijlen den heer .1. M. L. van Bronkhorst werd aan de vereeniging gele- gateerd eene met vruchtgebruik bezwaarde som van f 6400. Door incasseering van het legaat, groot f 1600, waarvan sprake was in het vorig verslag, en van een legaat van Mevrouw Jonckbloet geb. Schick, groot f 2000, werd de vereeniging in staat gesteld weder f 3000 schuld af te lossen, zoodat de nog over blijvende thans bedraagt f 3200. Aan giften en contribution werd ontvangen f3626.95 en de verkochte goederen en verrichte werkzaamheden gaven een opbrengst van f 4594.23. De rekening wees op 1 Jan. jl. een tekort aan van f 236.89. Aan de blinden werd nogmaals eene loonsverhooging met f 0.25 per week toegekent. Dientengevolge bedraagt het vaste weekloon thans f 4.niet medegerekend Wij verwijzen naai’ het verslag van het Burgerlijk Armbestuur, hierachter als bijlage 24 opgenomen, waarin ook opgaven betrekkelijk het Bestedelingenhuis zijn gedaan. Wat betreft de geneeskundige hulp aan armen ver strekt, die in hunne woningen worden verpleegd ver wijzen wij tevens naar Hoofdstuk Vla V.

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarverslagen gemeente Den Haag | 1902 | | pagina 175