17
4
Door leeraren en leerlingen van het gymnasium werd de
aandacht onzer Vereeniging gevestigd op den slechten hygiëni-
schen toestand, waarin deze inrichting voor hooger onderwijs
verkeert. De inrichting van het gebouw, de bodem waarop
het gebouwd is, ventilatie, verwarming en verlichting laten
veel te wenschen over. Het bestuur onzer Vereeniging stelde
dientengevolge een onderzoek in, bevond dat die toestand ook
werkelijk onhoudbaar was en besloot het rapport van haai'
onderzoek ter kennis te brengen van het Gemeentebestuur
(zie bijlage B.).
Van den rector van het gymnasium ontvingen wij een
dank-schrijven voor onze bemoeienissen in het belang van
een beter schoolgebouw.
Door de bewoners van de Boekhorststraat was een klacht
ingediend over het houden van vee door een melkhandelaar
aldaar, welke aanleiding gaf tot de opmerking, dat, terwijl
de politieverordening het houden van varkens verbiedt ook
het houden van een stal voor groot vee slechts onder bij
zondere voorwaarden moest vergund worden.
De nieuwe politieverordening werd door het bestuur be
handeld en gaf tot verschillende opmerkingen aanleiding.
Door bewoners uit de Celebesstraat, Oude Molstraat, Hoef-
kade en Rochussenstraat waren verschillende klachten inge
komen over slechte rioleering, vuilnis aan den openbaren
weg etc. Door bemiddeling der bouwpolitie werd in dier,
toestand voorziening gebracht.
Betreffende het dempen der Schelpkade werden door de
technische sectie ernstige bedenkingen gemaakt, omdat ook
hierbij geen sprake was van draineering. Een adres dienaan
gaande werd op voorstel dezer sectie bij den Gemeenteraad
ingediend (zie bijlage C.).
Naar aanleiding van het praeadvies van Burgemeester en
Wethouders en het rapport van den Directeur der gemeente-
reiniging over het ophalen van vuil en het verplaatsen van
den aschvaalt buiten de gemeente werd een tweede adres
gericht aan den Gemeenteraad, dienende als antwoord op dit
praeadvies (bijlage D.).
Op het hygiënisch congres dat in dit jaar gehouden werd
en op de conferentie voor volks- en schoolbaden te Scheve-
ningen werd de Vereeniging door een der bestuursleden ver
tegenwoordigd.
De instelling der officieele gezondheids-coinmissie voor de
gemeente ’s-Gravenhage deed de vraag ontstaan of onze ver
eeniging onder deze omstandigheden nog recht van bestaan
had. Daar verschillende vraagstukken, die tot nu toe aan onze
Vereeniging worden toevertrouwd, in het vervolg bij dit
officieele lichaam behooren te worden behandeld, wilde men
VERSLAG GEZONDHEIDSTOESTAND.