19 4 op 20 Augustus konden deze klassen naar het nieuwe school gebouw worden overgebracht. Twee nieuwe hoofden werden bovendien aan het personeel toegevoegd. Met ingang van 1 April werd de heer P. Rauwerda benoemd tot hoofd der lagere school der tweede klasse, welke tijdelijk gehuisvest is in het hulpgebouw aan de Lynbaan, en op denzelfden dag trad de heer J. F. Goudswaard in functie als hoofd der nieuwe school der tweede klasse aan het Lamgroen. Het toezicht over de klassen van laatstgenoemde school was tot dusver toevertrouwd geweest aan het hoofd der school aan de Nieuwe Haven, den heer J. van Andel door de wording van eene afzonderlijke school aan het Lam groen kon tevens eene meer stelselmatige en geregelde klas- senindeeling voor die aan de Nieuwe Haven worden verkregen. Te Scheveningen werd in Maart een hulpschool in het voormalig postkantoor gesteld onder leiding van het hoofd der school aan de Keizerstraat, den heer A. W. Stortenbeker. Behalve in de bovengenoemde gevallen bleek het aan sommige scholen noodig, de leiding voor een korter of langer ge deelte des jaars aan het plaatsvervangend hoofd op te dragen, wijl aan het hoofd op grond van min gunstigen gezondheids toestand verlof moest worden toegestaan. Om deze reden trad de onderwijzer C. A. van Ingen gedurende een vijftal weken in de maanden Mei en Juni als tydelijk hoofd der school der tweede klasse aan de Nieuwe Schoolstraat opvan 1 Januari tot en met 31 Maart en sedert van 6 September tot aan het einde des jaars werd aan de school der tweede klasse aan de Tullinghstraat de taak van het hoofd waargenomen door den onderwijzer J. P. W. van Dijk. Voor de school der tweede klasse aan de Bleekerslaan geschiedde zulks van 4 April tot 23 Juni door den onderwijzer W. de Wit. Het hoofd der school tweede klasse aan de Badhuisstraat was wegens ziekte nog tot 11 Mei afwezig; zijne taak werd waargenomen door het plaatsvervangend hoofd J. 0. Vermaas. Ook het hoofd der burgerschool aan de Amalia van Solmsstraat was gedurende een tweetal maanden ongesteld, gedurende welken tijd de leiding werd waargenomen door het plaatsvervangend hoofd P. C. Brederode. Eindelijk werd van 23 Juni tot 23 December het bestuur over de burgerschool aan het Alexanderplein gevoerd door het plaatsvervangend hoofd H. A. N. Sar. Ook in het overig onderwijzend personeel kwam door sterf gevallen, overplaatsing, vertrek als anderszins menige ver andering; deze mutatiën zijn opgenomen in de onder letter D achter dit verslag afgedrukte bijlage. Sommige scholen hadden door tezamentreffende afwezigheid van meer dan éénen onderwijzer te lijden; bij afwezigheid van langeren duur had tijdelijke vervanging plaats; over het VERSLAG LAGER ONDERWIJS.

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarverslagen gemeente Den Haag | 1902 | | pagina 395