19 B. Bijzondere Herhalingsscholen. Voor bijzonderheden aangaande de ligging dezer scholen, de klassenindeling, de onderwezen vakken en het onder wijzend personeel raadplege men de achterstaande tabellen E en F. Op 1 November 1902 bedroeg het gezamenlijk aantal leerlingen der bijzondere herhalingsscholen 136: 25 jongens en 111 meisjes. Hierbij moet worden opgemerkt dat de school der Vereeniging „Licht, Liefde en Leven”, in betrekking staande met den cursus in vrouwelijke handwerken, gedu rende het geheele jaar leerlingen opneemt, zoodat het boven gemelde cijfer niet standvastig blijft. Voorts heeft de Com missie de vroeger als aan het R, K. Parochiaal Armbestuur verbonden „herhalingsschool” van de tabellen afgevoerd, daar haar uit een schrijven van het hoofd der dagschool, den heer C. Wesseling, en uit een nader ingesteld onderzoek gebleken is, dat hier eenvoudig sprake is van les geven aan enkele achterlijk gebleven jongens, voor wie voorloopig nog geen Wat de Commissie in een vorig jaarverslag opmerkte, herhaalt zij ook thans, namelijk dat het hoogst wenschelijk is ten aanzien van leerplan en leermiddelen naar meer één heid te trachten. Een heuglijk feit acht zij het met betrekking tot dit punt, dat van de hoofden zelf het initiatief is uitge gaan tot doelmatiger samenwerking, zoodat er eene vereeni ging van hoofden bij het herhalingsonderwijs ontstaan is, waarvan in dezen veel goeds verwacht mag worden. Met erkentelijkheid constateert de Commissie, dat het ge meentebestuur aan een anderen door haar geuiten wensch tegemoet komt, te weten de uitreiking van loffelijke getuig schriften en belooningen bij het verlaten der hoogste klasse van de herhalingsschool. De vorming van flinke schoolbibliotheken, mits bij de keuze der boeken met overleg en kennis van zaken te werk worde gegaan, blijft nog steeds wenschelijk. Enkele hoofden behelpen zich thans met voor eigen rekening aangeschafte boeken. Waar van gemeentewege zooveel voor het herhalingsonder wijs gedaan en door de daaraan verbonden onderwijzers met zooveel toewijding gewerkt wordt, zou men een grooteren toeloop van leerlingen verwachten. De Commissie wenscht zich niet in bespiegelingen te verdiepen, doch zij is overtuigd dat, nu het herhalingsonderwijs frisscher en aantrekkelijker wordt en meer en meer het karakter van voortgezet onder wijs gaat vertoonen, het aantal leerlingen van jaar tot jaar zal toenemen. Voorts moet op de een of andere wijze stellig van de zijde der werkgevers meer steun verkregen worden, want deze houden nog te weinig rekening met het herhalingsonderwijs. 22 VERSLAG LAGER ONDERWIJS.

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarverslagen gemeente Den Haag | 1902 | | pagina 413