li 20 JAARVERSLAG over 1902 van de Commissie tot wering van schoolverzuim in de 6e Afdeeling. De commissie uit dezelfde leden samengesteld als het vorig jaar hield in 1902 13 gewone en 2 buitengewone vergade ringen. 9 vergaderingen werden niet gehouden wegens ge brek aan werkzaamheden. Op de jaarvergadering van 24 April werden tot voorzitter en secretaris herkozenresp. de heeren H. G. J. v. Hoog straten en Th. M. J. A. Ottes. Tengevolge van kennisgevingen van heeren schoolopzieners werden opgeroepen24 personen voor relatief en 4 voor absoluut schoolverzuim. Van de eerste 24 verschenen er 11 of hunne echtgenooten, terwijl er 13 niet verschenen. Van de 4 gevallen van absoluut verzuim waren er 2, die op een vergissing berustten, zoodat er feitelijk 2 gevallen van absoluut verzuim voorkwamen, waarvan 1 opgeroepene verscheen en 1 niet. Van de 26 (totaal) voor schoolverzuim opgeroepenen kon niet één geldige redenen voor het verzuim aangeven, tenzij een enkel geval wegens bijzondere huiselijke omstandigheden. De meeste verzuimen waren veroorzaakt door huisarbeid, enkelen (2) door „spijbelen.” In drie gevallen wist de vader niets van het verzuim of kon er niets aan doen, wegens te weinig medewerking van de zijde der moeder. In zulke gevallen deed de commissie huisbezoek om de moeder te wijzen op haar plichten jegens haar kind en jegens de wet. Over het algemeen was het treurig met de waarheidsliefde der opgeroepenen gesteld. Dank zij de mededeelingen van heeren hoofden van scholen, die bereidwillig gevraagde in lichtingen verleenden, kon de Commissie ten deele valsche beweringen weerleggen. Bovendien springt in het oog, dat de verzuimenden allen leerlingen waren van scholen voor onvermogendendat het grootste gedeelte uit meisjes bestond: nl. 20 meisjes tegen 6 jongens. Bij het publiek, dat door de Commissie opgeroepen werd,

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarverslagen gemeente Den Haag | 1902 | | pagina 548