24 8 i De verpleegkosten dezer 397 personen, van wie op ultimo December nog 309 werden verzorgd, bedroegen over het geheele jaar f 25.334,53. Betreffende de verpleging in de koloniën der Maatschappij van Weldadigheid zij vermeld, dat aldaar nog vanwege de gemeente gevestigd waren 4 huisgezinnen, die echter als vrijboeren geene kosten aan het Armbestuur veroorzaken. Tevens werd ten behoeve van een aldaar geplaatst gezin en een bij hare kinderen inwonende bejaarde weduwe, die niet zonder onderstand in haar onderhoud kan voorzien, eene wekelijksche toelage voor rekening van het Burgerlijk Armbestuur verstrekt, en werden zooals in de voorafgaande Staat is vermeld, een 25tal kinderen verpleegd. Ter zake van deze ondersteuning en verpleging werd over 1902 aan de Maatschappij van Weldadigheid betaald f3054,55 tegen f 2871,22 in 1901. Betreffende den geneeskundigen onderstand, welke van wege de Gemeente wordt verstrekt, heeft het Burgerlijk Armbestuur te vermelden, dat geen mutatiën plaats vonden in het personeel der gemeente-artsen. In dat der gemeente-vroedvrouwen had de volgende ver andering plaats: Door de gemeente-vroed vrouw M. L. C. Wouters, geboren Verniers, werd wegens ziekte eervol ontslag aangevraagd uit hare betrekking, wat haar bij besluit van B. en W. dd. 14/17 Maart 1902 werd verleend. In hare plaats werd bij hetzelfde besluit benoemd mejuffrouw F. Faber. Voorts vestigt het Burgerlijk Armbestuur de aandacht op den hier volgenden staat: VERSLAG BURGERLIJK ARMBESTUUR.

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarverslagen gemeente Den Haag | 1902 | | pagina 616