72 schappij aangeboden haar gronden tegen een bij taxatie te bepalen prijs aan de Gemeente te verkoopen. Ook hierop werd afwijzend beschikt, ingevolge Raadsbesluit van 30 September. In de Raadsvergadering van 28 October werd een plan voor aanleg van straten op de aan de firma Marx en Co. te Rotterdam in eigendom toebehoorende of op erfpacht verkregen gronden, gelegen tusschen den Harstenhoekweg en den weg langs de Noordzijde van het Hotel Royal, in handen van B. en W. gesteld om praeadvies. Een adres van bewoners van het Z.-W. deel der Gemeente, houdende verzoek om in het uitbreidings plan der Gemeente een terrein nabij de Hoefkade te bestemmen tot Stadspark, werd in de Raadsvergadering van 25 November in handen van B. en W. gesteld ter overweging bij de behandeling van genoemd uit breidingsplan. De behandeling van een voorstel tot wijziging van het bij Raadsbesluit van 28 April 1898 goedgekeurde stratenplan op de terreinen van de Mij. „Laan van Meerdervoort”, ten zuiden van den Loosduinscheweg, waardoor de aanleg van een straat langs de Lange Laak kon worden verkregen, werd in de Raadszitting van 30 December verdaagd. In de vergadering van den Gemeenteraad van 11 Maart werd besloten te procedeeren tegen eenige eigenaren van perceelen, die onteigend moesten worden voor den bouw van een gedeelte stamriool der gemeentelijke rioleering. Den 15en Mei had het onderzoek in loco plaats der door de Rechtbank te dier zake benoemde deskundigen. Bij vonnissen der Arrondissements-Rechtbank, d.d. 2 Mei en 4 Juli, werden ten behoeve van de Gemeente onteigend verklaard de nog niet in het bezit der Gemeente zijnde perceelen aan den N.-W. Binnensingel en aan de Veenkade. Bij beide vonnissen was de toewijzing hooger dan de aanbieding der Gemeente. In geen der gevallen bestond aanleiding voor de Gemeente zich in cassatie te begeven. Het voorstel is in de zitting van den Gemeenteraad van 6 Januari 1903 aangenomen.

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarverslagen gemeente Den Haag | 1902 | | pagina 88