174
Uit het twaalfde jaarverslag der vereeniging Armen
zorg, loopende van 1 October 1902 tot 30 September
1903, stippen wij het volgende aan:
Het ledental bedroeg in November 1903 190 dona
teurs en 2849 gewone leden. Aan contribution, giften en
legaten werden respectievelijk bedragen van f20827.50,
In het afgeloopen dienstjaar werden ingeschreven 159
vrouwen, van wie eene aanbevelingskaart ontvingen
120 werkvrouwen, 11 noodhulp-dienstboden, 1 naaister
en 1 ziekenverpleegster. Er werden geplaatst 474 werk
vrouwen en 33 noodhulp-dienstboden.
De werkvertehaffing ving den 8en December aan met
20 man in den duinarbeid en 10 man in de werk
plaatsen van het gebouw. De Commissie der werkver
schaffing besloot, als proef den maatregel te nemen
het personeel 6 weken te laten arbeiden en na afloop
daarvan een andere ploeg werklieden te plaatsen,
behoudens enkele uitzonderingen. Door dezen maatregel
zouden achtereenvolgens alle ingeschreven werkloozen
geholpen worden.
Den 15en December werd het personeel gebracht op
100 in het duin en 30 in het gebouw, welke aantallen
allengs vermeerderden, tot dat in Januari het hoogste
aantal, nl. 240 man geplaatst was. Dit aantal werd
daarna geleidelijk verminderd, zoodat op 23 Februari
nog slechts 190 personen werkzaam waren, die 7 Maart
werden ontslagen. In t geheel waren 452 personen
gedurende 6 of meer weken geholpen.
Er hadden zeven verkoopingen plaats, met eene
opbrengst van gemiddeld f 200 a f 225 elk.
De uitdeelingen van brood en koffie hadden plaats van
8 December tot 7 Januari: werden wegens de zachte
weersgesteldheid gestaakt, doch 15 Januari tot 28
Januari hervat. In het geheel werden 12731; portion
uitgereikt.
Het Ziekenfond» bleef aan de gestelde eischen voldoen.
Aan 9 bestellers had, te zaïnen gedurende 31 weken,
uitkeering plaats.
De rekening van den Bond, loopende van 1 October
1902—30 September 1903, wijst eene ontvangst tuin
van f 6519.46 en eene uitgaaf van f 5105.31s, en dus
sluitende met een batig saldo van f 1414.14s.
A