I J cu is I P. J. van der Burgh. I i I 3 B. Registers van bevolking. Bij de vaststelling van het bevolkingscijfer en de daaraan verbonden becijferingen strekte het bevolkings cijfer, aangewezen bij Prov. Blad no. 52 van 10 Juni 1903, A no. 998 (4e at’d.), tot uitgangspunt. De staten betrekkelijk de geboorte, sterfte enz. zijn achter dit verslag opgenomen als bijlagen 17. Op 31 December fungeerden als ambtenaar van den Burgerlijken Stond de heeren: Mr. J. G. S. Bevers. Dr. J. Th. Mouton. Jhr. Mr. O. J. Repelaer van Molenaarsgraaf. G. de Wijs. W. J. M. de Bas. A. G. Bodaan. Mr. W. Dolk. B. Janse Jz. Mr. A. F. A. Leesberg. Mr. J. JS. A. Lisman. A. J. C. Baron van Pallandt. J. Simons. Bedoelde registers worden voortdurend zoo nauwkeurig mogelijk bijgebonden. De verschillende wijken der Gemeente werden door de bevolkingsagenten steeds naar behooren gecontroleerd. Waar dit noodig bleek, werd proces-verbaal opgemaakt tegen hen, die in verzuim bleven hunne verplichtingen tot het doen van aangifte van dat register behoorlijk na te komen. De heffing van rechten en leges van stukken der bureelen van den Burgerlijken Stand en van het bevol kingsregister leverde eene opbrengst, van f 2.422,20, tegen eene ontvangst in het vorig jaar van f 2.395,90. Het aantal genummerde perceelen is in 1903 ge klommen tot 38246 tegen 37455 in 1902 en alzoo toe genomen met 791; 938 perceelen werden bijgebouwd, terwijl 147 perceelen werden afgebroken of door ver bouwing vervielen.

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarverslagen gemeente Den Haag | 1903 | | pagina 22