8
4
HOOFDSTUK II.
Kiezerslijsten en verkiezingen.
319
1598
144
228
87
88
534
500
30
A. Ingevolge de Kieswet. (Wet van 7 September 1896,
Staatsblad n°. 154, gewijzigd bij de wetten van 31
December 1896, Staatsblad n°. 245, 31 December 1897,
Staatsblad n°. 309 en 8 December 1900, Staatsblad n°. 208.)
400.—
600.—
800—
daarboven.
f 200—
tot
die op 15 Mei den leeftijd van
25 jaren niet hadden bereikt;
die op 1 Februari de gemeente
hadden verlaten;
die bleken vrouwen te zijn;
die vreemdelingen waren
die op 1 Februari geen Rijks-
ingezetenen waren
Op 31 December bleek het aantal onbewoonde per-
ceelen, gespecificeerd naar de vermoedelijke huur-
Door de ontvangers der directe belastingen en der
successierechten zijn, ten behoeve van de samenstelling
der kiezerslijst, ingevolge art. 10 der kieswet, opgegeven
35.226 namen.
Daaronder kwamen voor:
3811 namen van personen, die op 1 Februari 1903 hun
aanslag in eene of meer der Rijks directe belastin
gen niet of niet ten volle hadden betaald, terwijl
385 namen van personen door de ontvangers werden
opgegeven, die alsnog vóór of op 1 Maart het
verschuldigde hadden betaald.
Verder is bij de bewerking gebleken, dat onder de
overige opgaven nog voorkwamen:
918 namen van personen, die waren overleden;
wmarde, te bedragen:
112 perceelen met
r n
van 200.
400.—
600—
800.en
n
77
71
77
77
77
77
77
77
77
eene
n
n
Y)
77
77
77
77
77
77
77
77
7?
huurwaarde beneden