20 16 IV. Schoolhygiène. Door de hygiënische subcommissie wordt het hiervolgend verslag uitgebracht: Door de hygiënische subcommissie werd in het begin van het jaar een advies uitgebracht omtrent de reiniging der schoollokalen, aan welk advies door Burg, en Weth. grooten- deels werd gevolg gegeven, zoodat thans die reiniging vol doende mag geacht worden. Omtrentden bouw van viernieuwe schoollokalen aan deschool in de Nieuwe Schoolstraat werd advies gegeven en werden de door de Commissie voorgestelde wijzigingen aangebracht. De schetsteekeningen van twee nieuw te bouwen scholen, één in de Johan van Oldenbarneveldtstraat en één in het bouwplan Engelenburg, werden aan de subcommissie ter beoordeeling in handen gesteld. Behoudens een paar opmer kingen omtrent de situatie der gymnastiek-lokalen, kon de Commissie zich wel met de beide bouwplannen vereenigen Zij keurde het echter af en de Schoolcommissie in plena was het daarmede geheel eens dat met twee verdiepingen wordt gebouwd, waar voldoende terrein voorhanden is om eene school met ééne verdieping te maken. Aan de openbare school (tweede klasse) aan de Badhuis straat te Scheveningen werd een onderzoek ingesteld, naar aanleiding van de ongunstige hygiënische verhoudingen die twee leden der Schoolcommissie aldaar hadden aangetroffen. De hygiënische subcommissie vond inderdaad gebreken, die niet weg te nemen zijn en meende dat het raadzaam was die school naar een beter ingericht en meer doelmatig gelegen gebouw over te plaatsen. De ervaring, die de hygië nische subcommissie in dit jaar weder opdeed omtrent het gymnasium, hoogere burgerschool of eene inrichting van militair onderwijs. Uit de lijst betreffende het toelatings examen voor de hoogere burgerscholen met drie- en met vijfjarigen cursus hier ter stede blijkt, dat 139 candidaten, afkomstig van bijzondere scholen alhier, zich aanmeldden, waarvan 10 zich terugtrokken, 40 werden afgewezen en 89, zijnde 69%, slaagden. Dit cijfer geeft in vergelijking met de uitkomsten van 1902 en met de in 1903 van openbare scholen afkomstige leerlingen een minder gunstig resultaat. De omstandigheid juist, dat sommige inrichtingen, waarvan het onderwijs niet bepaaldelijk op die examens gericht is, ook candidaten leverden en tot het vrij hoog cijfer der afge wezenen beduidend bedroegen, zij hier intusschen niet over het hoofd gezien. VERSLAG LAGER ONDERWIJS.

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarverslagen gemeente Den Haag | 1903 | | pagina 394