i
20
6
De Commissie van Toezicht op de
Gemeentel, bewaarscholen,
F. Duiker, Secr.
H. J. van der Kraan.
middags 9 tot ’s namiddags 3 uur. Dat is te lang en te ver
moeiend. Bovendien moeten de kinderen bij ongunstig weder
in de lokalen blijven. Voor de kinderen is die tijd zeker te
lang en de lokalen kunnen tusschen de schooltijden niet
eens flink gelucht worden. Verandering komt de commissie
zeer wenschelijk voor.
In de derde plaats moet zij met verwijzing naar de absente
onder het personeel komen op eene werkkracht in de bewaar
scholen, die hoewel onbezoldigd, toch vele diensten moet
verrichten. Het is de volontair. Van deze kracht wordt veel
gevorderd. Twee kweekelingen is te weinig, vier voor elke
school voldoende. Is er dus geen van het personeel absent
dan verricht de volontair den dienst van een kweekeling,
is er iemand absent dan doet ze dienst voor twee. Ze wordt
gebruikt voor velerlei, maar niet anders beloond, dan dat ze
na verloop van een paar jaar misschien kan aangesteld
worden als kweekeling. Gaarne zag de commissie den wensch
der hoofden en van den directeur der Opleidingsklasse ver
vuld, dat n.l. het aantal kweekelingen voor elke school van
twee op vier werd gebracht.
Of bevordering van de belangen der werkvrouwen (help
sters) aan de gemeentelijke bewaarscholen ook op den weg
der commissie ligt, weet ze niet. Mocht dit het geval zijn,
dan zou ze durven pleiten voor eene verhooging der ver
diensten dezer vrouwen, daar ze bij meer werk minder loon
ontvangen dan de werkvrouwen aan de lagere scholen.
J. W. DE JüNGH.