22 Aan den Baad der Gemeente 's Gravenhage. in 25 gevallen 40 59 9 21 8 12 De Commissie tot wering van Schoolverzuim in de 2de Afdeeling heeft, ingevolge art. 9 K. B. d.d. 16 November 1900 (Stbl. N”. 200), de eer aan den Raad der Gemeente’s-Graven- hage het navolgende verslag harer werkzaamheden uit te brengen In Januari 1903 werden tot Voorzitter en Secretaris her kozen de leden Dr. H. Tobbe en Mr. R. T. de Wijs. Wegens vertrek uit de gemeente nam de Voorzitter zijn ontslag als lid der Commissie en werd in zijn plaats tot lid benoemd de heer J. Kok Jzn. In 1903 zijn ingekomen 203 kennisgevingen van ver zuimen. (waarvan vijf werden ingetrokken, en de behande ling der laatste 17 moest worden aangehouden tot in 1904) en wel: 18 gevallen van absoluut en 185 gevallen van relatief schoolverzuim. Van in 1902- ingekomen kennisgevingen waren nog 18 te behandelen, zoodat in 1903 totaal behandeld zijn25 gevallen van absoluut en 174 van relatief schoolverzuim. Van absoluut schoolverzuim waren de redenen 8 gevallen berustten op eene vergissing, foutieve geboorte datum; na 6 gevallen volgde eene ambtshalve inschrijving. In andere gevallen had de inschrijving plaats, na ontvangst van de aanmaning, door den Schoolopzièner aan de ouders gezonden; terwijl vele kinderen, welke gedurende de groote vacantie leerplichtig werden, daarna nog op geen lijst C voorkwamen, omdat de scholen, waarop deze geplaatst zouden worden, eerst 6 September heropend werden. Van relatief schoolverzuim waren de oorzaken: 1. armoede 2. onverschilligheid der ouders 3. onwil der ouders 4. eene vergissing 5. onwil van het kind 6. ziekte van het kind 7. onbekend Wat betreft sub 1°. en 6°. verwijzen wjj naar het verslag over 1902.

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarverslagen gemeente Den Haag | 1903 | | pagina 532