22
j
Aan den Gemeenteraad van ’s-Gravenhage.
45
144
5
waaronder
JAARVERSLAG van de Commissie tot Wering
van Schoolverzuim in de 3e Afdeeling, zitting
houdende, m een der schoollokalen aan de
Van-Dijckstraat, betreffende hare werkzaam
heden over het jaar 1903.
Meermalen bleek dan ook dat ouders, die voor andere
kinderen eenmaal bij den Kantonrechter geroepen en ver
oordeeld waren, diezelfde kinderen met de meeste gerustheid,
b.v. een half jaar achtereen lieten verzuimen, omdat dit
verzuim toch als één feit beschouwd wordt en zij niet eerder
opnieuw eene veroordeeling kunnen krijgen dan nadat zoo’n
vonnis by verstek uitgesproken, eerst na vier volle maanden
in kracht van gewijsde gaat; zoolang hierin geen spoedige
1
De Commissie tot Wering van Schoolverzuim in de 3e Af
deeling, heeft ingevolge artikel 10 van het Huishoudelijk
Reglement voor de Commissiën tot Wering van Schoolverzuim,
de eer aan den Raad der Gemeente het navolgende verslag
harer werkzaamheden over het afgeloopen jaar uit te brengen.
Gehouden werden 19 vergaderingen, waarvoor 194 per
sonen werden opgeroepen en van welke er 90 aan die op
roeping gehoor gaven.
Ingekomen zijn van heeren Schoolopzieners:
in het le Arrondissement
„2e
- 3e
totaal 194 kennisgevingen van schoolverzuim,
8 gevallen van absoluut schoolverzuim.
Omtrent de oorzaak van elk relatief schoolverzuim is aan
het betrokken hoofd der school schriftelijke inlichting ver
zocht, waardoor de Commissie steeds nauwkeurig op de
hoogte werd gesteld en die gewaardeerde medewerking van
die heeren hoofden van scholen hoog op prijs stelt.
Ook dit jaar bleek der Commissie, dat de langdurige
administratieve behandeling groote tegenwerking ondervond
in hare werkzaamheden en werd er steeds geklaagd door de
leden, dat de Commissie tegenover onverschillige ouders, die
hoe langer hoe meer bekend raken met de werking der 1
leerplichtwet, geheel machteloos was.
F