Bjjlage 24
8 2.
De wet tot regeling van het hooger onderwijs, organieke
verordeningen, reglementen, instructiën, enz.
Op 1 Januari trad de gewyzigde verordening, regelende de
jaarwedden, in werking.
Een staat, vermeldende de verordeningen en reglementen
betreffende het gymnasium, volgt hierachter als bijlage I.
VERSLAG ran curatoren van het Gymnasium te
's-Gravenhage, over het jaar 1903.
1. College van Curatoren.
In de vergadering van 10 Januari 1903 deed professor
R. S. Tjaden Modderman de mededeeling, dat hij zich ge
noodzaakt zag wegens den minder goeden staat van zijne
gezondheid ontslag als lid van het college van curatoren te
nemen. Met leedwezen zag ons college dit zoo hooggeacht
medelid heengaan.
Aan den Raad der gemeente werden bij schrijven van
14 Maart 1903 ter vervulling van de opengekomen plaats in
alphabetische volgorde aanbevolen: 1. A. E. Rahusen; 2. K.
.1. van Ravenswaay. In de Raadsvergadering van 6 April
d. a. v. werd de heer A. E. Rahusen tot curator benoemd,
maar deze wenschte de benoeming niet te aanvaarden, zoo-
dat eene nieuwe aanbeveling noodig werd.
Aanbevolen werden thans, evenzeer in alphabethische volg
orde, de heeren A. J. Doorman en K. J. van Ravenswaay.
In de Raadsvergadering van 22 Juni werd de heer Doorman
tot curator benoemd, terwijl hij in onze vergadering van
29 Juni geïnstalleerd werd.
Jhr. Mr. D. G. van Teylingen werd herkozen als voorzitter
van het College.
In de vergadering van 11 April 1903 legde de heer Van
Doorn het secretariaat neder, nadat dit ongeveer negen jaar
doorhem was waargenomen. Als zijn opvolger werd benoemd
Dr. H. J. de Dompierre de Chaufepié.
3. Gebouw.
Bij schrijven van 6 Januari werd aan Burgemeester en
Wethouders medegedeeld, dat het ons hoogst wenschelijk
voorkwam, indien het terrein gelegen aan de Laan van
