24
3
worden gesplitst, zoodat de herbenoeming van Dr. A. J.
Barnouw noodig werd. In de Raadsvergadering van 17 Augus
tus 1903 werd Dr. Barnouw herbenoemd als tijdelijk leeraar
in de Nederlandsche taal, geschiedenis en aardrijkskunde
voor den tijd van 1 September 1903 tot 1 September 1904.
Een tweede gevolg der splitsing van de eerste klasse in
drie afdeelingen was, dat de herbenoeming noodig werd van
den heer A. Haringx. In de Raadsvergadering van 17 Augus
tus werd de heer Haringx herbenoemd tot tijdelijk leeraar
in de Fransche taal.
Wat het onderwas in de natuur- en scheikunde aangaat,
bleek het aan het eind van den cursus, dat de heer Romeny
in den volgenden cursus niet meer de lessen in de natuur
kunde zou kunnen geven, daar het aantal zijner lessen aan
de hoogere burgerschool te veel was toegenomen. Aan Bur
gemeester en Wethouders werd door ons voorgesteld om
eene oproeping te plaatsen voor één leeraar in de schei- en
natuurkunde gezamenlijk en voor ieder dier vakken afzon
derlijk.
Daar deze oproeping niet den gewenschten uitslag had en
men er niet in geslaagd was een leeraar in beide vakken
te vinden, werd met goedkeuring van Burgemeester en
Wethouders het geven van les in de scheikunde opgedragen
aan Dr. J. J. Attema, in de. natuurkunde aan den heer E. A.
Steinmetz, beiden tegen eene vergoeding van f 125 per
wekelijksch lesuur tot 1 Januari 1904.
Nader werden in overleg met den inspecteur der gymna
sia als tijdelijk leeraar in de scheikunde tot 31 Augustus
1904 benoemd door den Gemeenteraad de heer Dr. J. J.
Attema, in de natuurkunde E. A. Steinmetz.
In de verschillende commissiën namen zitting met onze
machtiging Dr. J. F. van Bemmelen tot het afnemen der
examens B voor technoloog en 0 voor civiel-ingenieur, vol
gens de wet op het middelbaar onderwijsde leeraren A.
Sunier en E. F. Kossmann in de commissiën voor het afnemen
der akteexamens M. O., respectievelijk voor Fransch en
Hoogduitsch.
De verhoogingen der verschillende jaarwedden, volgens de
gewijzigde verordening, traden met 1 Januari in werking.
Door ons werd op de begrooting voorgesteld het salaris van
den amanuensis te verhoogen tot f 600, daar zijne werk
zaamheden toenamen.
VERSLAG GYMNASIUM.
