39
8
Door een particulier werd geklaagd, dat in een hofje aan
het Korte Groenewegje, by hevigen regen de faecaliën uit de
beerput oppersten, doordat het riool in plaats van de vloei
stoffen uit de put op te nemen, zich daarin ontlastte. By
onderzoek bleek, dat het riool in het hofje in orde was, doch
dat het gemeenteriool, waarin het loosde en dat vooreenige
jaren ter vervanging van een stinksloot was gemaakt, niet
in staat was al het water af te voeren van de talrijke om
liggende hofjes; ook in andere hofjes (aan den Gortmolen)
bleek dientengevolge vaak waterbezwaar te bestaan, hoewel
de betrokken ambtenaren zich ingeval van klachten haastten
den afvoer zooveel mogelyk te bevorderen. Op het verzoek
der Commissie om afdoende in deze zaak te voorzien, ver
klaarde het Gemeentebestuur zich daartoe bereid en verbeterde
in het najaar het betrokken riool.
Van een gezamenlijk particulier riool, waarover klachten
inkwamen, bleek de afvoer, die in een open sloot plaats heeft,
te worden belemmerd door vuilnis, dat door omwonenden
ter plaatse, waar het riool uitmondt, in de sloot werd gestort.
Toen de sloot ter plaatse eigendom van de gemeente bleek
te zijn, verzocht de Commissie het Gemeentebestuur om de
sloot aldaar schoon te maken en tevens door het plaatsen
van een heining te beletten, dat in het vervolg wederom
de omwonenden de sloot door het daarin werpen van vuil
verondiepen. Het Gemeentebestuur gaf aan dit verzoek bereid
willig gevolg.
worden gemaakt, w’aardoor het bevorderen van verbeteringen
in zulke gevallen wordt vergemakkelijkt.
In twee gevallen vond de Commissie aanleiding om bij
het Gemeentebestuur aan te dringen op de intrekking althans
verscherping van de voorwaarden van vergunningen tot het
houden van varkens en zulks op grond van den hinder, dien
omwonenden daarvan hadden. In het eerste geval deelden
Burgemeester en Wethouders mede, dat de houder van de
vergunning het betrokken perceel verkocht had en dat daar
aan een andere bestemming was gegeven; omtrent ons tweede
verzoek kw'am nog geen antwoord in. In laatstgenoemd
geval werden niet slechts varkens, doch ook runderen en
paarden gehoudende bew’oners van aangrenzende woningen
hadden ook hiervan last, doch met behulp van de politiever
ordening is daaraan niet tegemoet te komen. De Commissie
vond in dit en dergelyke gevallen aanleiding by het Ge
meentebestuur aan te dringen op eene bepaling, dat ook het
houden van die dieren niet geoorloofd is dan met vergunning
VERSLAG DER GEZOXDH EID8COMMISSIE.
f