20 I Omtrent het onderwijs in de verschillende vakken van art. 2 der wet tot legeling van het lager onderwijs valt niets bijzonders te vermelden. De verschillende leerplannen werden zoo getrouw mogelijk gevolgd. Schoolwandelingen hield men aan bijna alle scholen enkele malen. Eenigermate komen zij natuurlijk het onderwijs ten goede. Bezoeken aan het Bosch of de Scheveningsche Boschjes zijn nuttig voor het onderwijs in de beginselen van de kennis der natuur. Elementaire begrippen omtrent aardrijkskunde worden ge vestigd door te toonen hoe de school gelegen is ten opzichte van andere gedeelten der gemeente, of den Haag ten op zichte van Rijswijk. Loosduinen, enz. Ook komt van zelf de geschiedenis ter sprake bij het bezoeken van de Gevangen poort, Binnenhof enz. Toch beschouwen de meeste hoofden die wandelingen meer als eene geschikte ontspanning dan wel als leering voor de klasse. Er is te veel tijd mede ge moeid dan dat het aanbeveling zou verdienen ze dikwijls te houden. In de zomerdagen werd door leerlingen uit de hoogere klassen van verschillende scholen een schoolreisje gedaan. De daaraan verbonden kosten werden meestal voor een groot deel door de leerlingen zelf bestreden, die voor dat doel het geheele jaar vooruit spaarden. De rest wordt bijgepast uit den post voor „belooningen en eereblijken”. Godsdienstonderwijs werd in bijna alle openbare scholen gegeven vanwege de Nederduitsch Hervormde Gemeente. Alleen aan de Scheveningsche scholen en aan die aan de Stortenbekerstraat, Pretoriusstraat en Terwestenstraat ge schiedde dit niet in de schoolgebouwen. De godsdienstonder wijzers waren over het algemeen over de vruchten van hun onderwijs wel tevreden. Wat het handwerkonderwijs betreft, is het der Commissie aangenaam te kunnen vermelden, dat zij in den aanvang des jaars in de samenstelling van een nieuw Damescomité van Toezicht mocht slagen. Het hiervolgende verslag wordt dooi' dit Comité omtrent zijne werkzaamheden uitgebracht. Het nieuw geconstitueerde comité, dat in Februari zijne werkzaamheden, aanving, moet zich voor dit jaar bepalen tot het geven van eenige algemeene opmerkingen omdat het zich eerst op de hoogte moest stellen van den algemeenen toestand van het handwerkonderwijs aan de verschillende scholen. De vele veranderingen, die in de samenstelling van het comité voorkwamen, zijn bovendien niet gunstig geweest aan de werkzaamheden in enkele süb-comité’s. Het Comité heeft te betreuren het verlies van Mej. de Ridder, Jonkvr. Baronesse 11 VERSLAG LAGER ONDERWIJS. i

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarverslagen gemeente Den Haag | 1904 | | pagina 391