I i 22 23 I Alle de gedane oproepingen golden relatief schoolverzuim. Absoluut schoolverzuim kwam niet voor. Voor zoover de Commissie kon nagaan, waren de redenen van schoolverzuim in 35 gevallen huisarbeid, meerendeels wegens onverschilligheid of slordigheid der ouders, het passen op de ove rige kinderen in het gezin, in twee gepaard gaande aan gebrek aan kleeding en in zes ge vallen aan spijbelen, waarbij vaak bleek, dat de moreele invloed der ouders niet krachtig genoeg was, om hunne kinderen van dat kwaad af te houdensommige waren ook te wijten aan de zucht der ouders om de kinderen voor hun 13e jaar reeds iets te doen verdienen; 5 behalve de zooeven genoemde zes, spijbelen, en 2 onwil of ondeugd. In drie gevallen erkenden de ouders zich bewust te zijn, in strijd met de leerplichtwet te handelen, doch door den nood gedwongen hunne kinderen van de school te houden, teneinde hen huiselijke bezigheden te laten verrichten. In enkele gevallen kwam de Commissie tot het besluit, den betrokken Schoolopziener te adviseeren, eene rechtsver volging uit te lokken, teneinde aan de ouders eene gevoelige les toe te dienen. De door de Commissie gewenschte inlichtingen werden in den regel op welwillende wijze door de hoofden der scho len verstrekt. In verband hiermede wenscht de Commissie er op te wijzen, dat de ondervinding ook in het afgeloopen jaar wederom leerde, hoe zeer het op prijs is te stellen, dat het hoofd eener school deel uitmaakt van hare vergadering. Op uitnoodiging van de Commissie tot wering van School verzuim in de Se afd., werd adhaesie betuigd aan het denk- beeld om bij den Gemeenteraad uit te lokken toepassing van art. 29 der Leerplichtwet. Een door eerstgenoemde Commissie ontworpen adres van die strekking vond echter geen onverdeelde instemming, omdat daarin verder werd gegaan dan aanvankelijk was ge dacht en ook aan ’s Raads oordeel werd onderworpen de wijze, waarop deze materie ware te regelen. Van de Commissie in de 4e afdeeling werd een verzoek ontvangen, om mede te onderteekenen een tot den Gemeen teraad te richten adres, strekkende om aan de leden der Commissiën presentiegeld uit te keeren. Met algemeene stemmen besloot ondergeteekende Commissie te antwoorden, dat het niet op haren weg ligt, zich met een dergelijk ver zoek tot den Raad te wenden. Op eene desbetreffende uitnoodiging van het bestuur der (6e Afd.) VERSL. V. D. comm. t. weeing, v. school verz.

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarverslagen gemeente Den Haag | 1904 | | pagina 560