206
plaatsen van het gebouw, welk personeel eerst tot 90
man, spoedig tot 150 werd uitgebreid. Van de laatste
waren 110 in het duin en 40 in het gebouw werkzaam.
In den loop van Januari bestond er gelegenheid 190
man te plaatsen, welk getal in den aanvang van Februari
steeg tot 210 man, en wel 70 in de werkplaatsen en
140 in de duinen.
De Commissie der werkverschaffing besloot weder
den maatregel te nemen het personeel 6 weken te laten
arbeiden en na afloop daarvan een andere ploeg werk
lieden te plaatsen, behoudens enkele uitzonderingen.
In den loop van Februari verminderde het aantal
werklieden reeds merkbaar, daar vele door de zachte
weersgesteldheid elders werk vonden; 4 Maart was de
duinarbeid zoo goed als afgeloopen en 18 Maart waren
de winterwerkzaamheden geheel geëindigd: toen had
de laatste der 6 verkoopingen plaats, welke te zamen
f 1400 opbrachten.
De uitdeelingen van brood en koffie hadden plaats van
3 tot 27 Januari en werden toen wegens de zachte
weersgesteldheid gestaakt. In het geheel werden 5100
portiën uitgereikt.
Aangaande de Dienstverrichting kan worden medege
deeld, dat het personeel bedroeg 36 vaste bestellers en
26 hulpbestellers, welk getal in dagen van buitengewone
drukte steeg tot 80 man. Over ’t algemeen hebben de
bestellers gedurende het gansche jaar werk.
Het Ziekenfonds, dat gevormd wordt door wekelijksche
betaling a f 0.10 per man, door storting van opgelegde
boeten en andere bijdragen, bleef aan de gestelde eischen
voldoen; eene uitkeering van f 4 per week had eenige
malen plaats.
De rekening van den Bond, loopende van 1 October
190430 September 1905, wijst eene ontvangst aan
van f 6232,66 en eene uitgaaf van f 5318,07, en dus
sluitende met een batig saldo van f 914.59.
Het Bestuur der afdeeling ’s-Gravenhage van den Neder-
landschen Roomsch-Katholieken Volksbond deelde ons mede,
dat het aantal leden in het afgeloopen jaar 1800 a
1900 bleef.
Uit het ondersteuningsfonds bij ziekte en uitkeering
bij overlijden (1430 leden tellende) werd in het laatste
I
