3 Wethouders. B. Bij de vaststelling van het bevolkingscijfer en de daaraan verbonden becijferingen strekte het bevolkings cijfer, aangewezen bij Provinciaal Blad no. 59 van 7 Juni 1905, A no. 844 (4e Afd.l, tot uitgangspunt. Ambtenaren ter gemeentesecretarie. Registers van Bevolking. Bedoelde registers worden voortdurend zoo nauw keurig mogelijk bijgehouden. De verschillende wijken der Gemeente werden door de bevolkingsagenten steeds naar behooren gecontroleerd. Waar dit noodig bleek, werd proces-verbaal opgemaakt tegen hen, die in verzuim bleven hunne verplichtingen tot het doen van aangifte van dat register behoorlijk na te komen. De heffing van rechten en leges van stukken der bureelen van den Burgerlijken Stand en van het be volkingsregister leverde eene opbrengst van ƒ2648.10 tegen eene ontvangst in het vorig jaar van ƒ2492.95. Het aantal genummerde perceelen is in 1905 ge klommen tot 41022 tegen 39359 in 1904 en alzoo toe genomen met 1663; 1739 perceelen werden bijgebouwd, terwijl 76 perceelen werden afgebroken of door ver bouwing vervielen. Op 31 December fungeerden als onbezoldigd ambtenaar van den Burgerlijken Stand de heeren: Mr. J. G. S. Bevers, j Dr. J. Th. Mouton, J. Simons, G. de Wijs, W. J. M. de Bas, Arno r>.TT i Leden van den Raad. A. J. C. Baron van Pallandt, j en Mr. A. F. A. Leesberg, terwijl tevens op gemeld tijdstip als bezoldigd ambtenaar van den Burgerlijken Stand fungeerden, de heeren: J. C. Meijs, B. J. Warnaks, i L. J. van der Wulp, W. H. van der Heijden, J. M. Bouscholte, M. W. C. Korpel, L. F. van den Belt,

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarverslagen gemeente Den Haag | 1905 | | pagina 5